Pagina's

maandag 25 maart 2019

Negri’s modieuze geschrijf behoort tot de meest overschatte bijdragen aan het hedendaagse #Spinoza-onderzoek (aldus Piet Steenbakkers in 1994)


Zoals uit veel blogs blijkt (ik kan ze niet allemaal noemen), had en heb ik mijn vraagtekens bij Antonio Negri, en zeker toen ik ontdekte dat hij in zijn hoofdstuk Between infinity and community: notes on materialism in Spinoza and Leopardi [in Subversive Spinoza: (un)contemporary variations. Manchester University Press, 2004] op een zeer gekunstelde manier een relatie legde tussen Leopardi en Spinoza [cf. blog van 02-12-2009], hield ik hem definitief voor gezien. Wel verbaasde ik me erover dat zovelen positief over hem zijn en je weinig kritiek op Negri tegen komt.
Wie schetst mijn vreugde toen ik dit weekend in zijn recensie van Olivier Bloch e.a. (ed.), Spinoza au XXe siècle (1993) in Tijdschrift voor Filosofie van maart 1994 las dat Piet Steenbakkers 25-jaar geleden het volgende schreef:

“Twee stukken [dat van Misrahi en van Negri] wijken duidelijk af van de opzet van de bundel. Misrahi heeft, als groot kenner van Spinoza's wijsbegeerte, een lezenswaardig stuk geleverd. Dat kan van Negri niet worden gezegd: het moet me bij deze gelegenheid toch maar eens van het hart dat diens modieuze geschrijf tot de meest overschatte bijdragen aan het hedendaagse Spinoza-onderzoek behoort. Zijn wollige en mistige betoog vind ik het slechtste van het hele boek.”

Die zat!
Toch kon Steenbakkers jaren later in zijn functie van hoogleraar in de Spinoza-studies namens de Ver. Het Spinozahuis, niet verhinderen dat deze in 2009 Antonio Negri uitnodigde om te spreken op de jaarvergadering in 2009.
[De cover van het boek uit 2003 alleen toegevoegd om een foto van Negri binnen te halen]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten