Pagina's

dinsdag 31 juli 2018

Friedrich Warnecke (1881 - ?) zette alles wat Goethe over Spinoza schreef bijeen en noemde Spinoza Goethe's "alten Tröster" - #Spinoza


 
Na de fact check in een vorig blog, volgt er hier nog een; zoals wel vaker gebeurt, worden twee personen (auteurs) die dezelfde naam dragen voor één dezelfde gehouden.
Bij archive.org, books.google, maar ook bij de bibliotheek van de Princeton University wordt Friedrich Warnecke (1881 - ?), de auteur over wie dit blog gaat, gelijk gesteld aan Friedrich Warnecke (1837-1894), “ein preußischer Beamter und bekannter deutscher Heraldiker” of wapenkundige (cf. de.wikipedia]. Het gaat echter om twee verschillende personen*, van wie het me hier gaat om de auteur van de volgende drie korte werken:
Friedrich Warnecke, Goethe, Spinoza und Jacobi. Weimar: Hermann Böhlaus Nachfolger, 1908 - 60 pp. – archive.orgbooks.google

 
Een jaar eerder was hij gepromoveerd op eveneens een boekje over Goethe:
Friedrich Warnecke, Goethes Mahomet-Problem, [Ph.D.-Thesis Philosophische Fakultät der Vereinigte Friedrichs-Universität Halle-Wittenberg 1907]. Halle, Druck von E. Karras, 1907 - 50 pagina's – archive.org

En zoals in die tijd gebruikelijk, is aan het eind ervan zijn Lebenslauf tot dan toe te vinden. Daaruit haal ik het volgende. Hij werkte zich als boerenzoon uit Gieboldehausen, na privéonderwijs genoten te hebben van pastor Dralle in het nabij gelegen Wollershausen, en het bezoeken van de landbouwschool in Hildesheim, waar hij met Pasen 1900 naartoe ging, intussen op tot 't Realgymnasium waarvan hij na korte tijd al het 'Reifezeugnis' verkreeg waarmee hij vanaf Pasen 1903 in Halle Duits, geschiedenis, Engels en filosofie ging studeren. Daar waren het de professoren Strauch [cf. Philipp Strauch in de Catalogus Professorum Halensis] en Saran [cf. Franz Saran in dezelfde Catalogus] wier “literatuurhistorische oefeningen” hem tot zijn hoofdstudie Goethe aanzetten en waarop hij dus in 1907 promoveerde.

Een jaar later verscheen zijn al vermelde Goethe, Spinoza und Jacobi. En nog weer een jaar later verscheen deze brochure;
Friedrich Warnecke, Goethe und Schiller. Weimar: Hermann Böhlaus Nachfolger, 1909. - 15 p. – archive.org, books.google
op de titelpagina waarvan we lezen dat Dr. Friedrich Warnecke was:
“Oberlehrer an der städt. höheren Mädchenschule in Elmshorn.
Die naam droeg die school pas vanaf Pasen dat jaar, 1909. Daarvoor, vanaf 22 april 1897 toen de stad Elmshorn de verantwoordelijkheid voor de in 1870 gestichte privéschool school op zich nam, was de naam "Städtische höhere Mädchenschule". In 1903 was een nieuw schoolgebouw aan de Bismarckstraβe ingewijd. In 1911 – toen Warnecke er misschien nog Oberlehrer was- werd het officieel "Statisches Lyzeum". [Cf. Die Geschichte der Elsa-Branström-Schule).
In dat korte werkje noemt hij op blz. 14 Spinoza Goethe's "alten Tröster".  
Op de achterzijde van die brochure werden twee recensies van zijn Goethe, Spinoza und Jacobi opgenomen. Die neem ik hier over. Op die van Theodor Vogel [in Literaturzeitung, 1908, Nr. 23, 1439] gaat hij op blz. 9 nader in.

Het zijn kleine sprokkels die ik van her en der bijeen kon vergaren, die tezamen toch een klein beetje achtergrond bieden.
Mij lijkt wel handig [en daarom maakte ik dit blog] de teksten van Goethe over Spinoza in die studie van Friedrich Warnecke van 110 jaar geleden, bijeen te vinden.
Hoewel het niet meer met Spinoza van doen heeft, vond en noem ik ook nog zijn
Friedrich Warnecke, “Goethes Harzreise im Winter.” in: Goethe-Jahrbuch 33 [1912] Abhandlungen - 15 Pages, 113 - 127 [PDF of cf. hier in DigiZeitschriften]
__________________

*) Er blijkt zelfs nog een derde Friedrich Warnecke (1856 — 1931) geweest te zijn - een Duitse musicus [cf. ca.wikipedia]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten