Pagina's

woensdag 28 februari 2018

Michael Pauen's grosser Distanz zu Spinozas Identitätsthese

Zo horen we het ook eens van een ander...
In het vorige blog konden we lezen hoe volgens Karl Jaspers “sich die sogenannte Theorie des psychophysischen Parallelismus in der psychologischen Forschung des 19. Jahrhunderts auf ihn [Spinoza] berufen.”
Al speurend naar meer info over Jaspes’ positie, stuitte ik op een Duits boek (een dissertatie) die ik nog niet eerder tegengekomen was, en waarin een paragraaf is gewijd aan “de receptie van Spinoza's identiteitsthese.” Ik neem die paragraaf hieronder over. Daarin komt uitgebreid Michael Pauen aan de orde.
En dat deed mij uiteraard terugdenken aan enige blogs in maart 2011 waarin ik « de merkwaardige "identiteitsthese" » bestreed [1] en [2]. Ik begon met mij boos te maken over hoe Michael Pauen eerst Spinoza een merkwaardige identiteitsopvatting in de schoenen schuift (neerkomend tenslotte op: denken is hetzelfde als materie) en hem dan vervolgens verwijt dat hij zo het fundamentele onderscheid tussen geestelijke en fysische processen niet duidelijk maakt: “Wenn Geist und Materie miteinander identisch sind – wie ist es dann zu erklären, daβ sich unsere geistiche Erfahrung so tiefgreifend von unserer Erfahrung körperlicher Prozesse unterscheidet?” […] “bis heute stellt es einen der zentralen Einwände gegen die Identifikation von Geist und Materie dar.“ (p. 96). Bonter en grover kun je het niet maken.
Zien wat de auteur van het volgende boek over dit onderwerp te melden heeft over ‘t ‘psychophysischer Parallelismus’.

Barbara Handwerker Küchenhoff, Spinozas Theorie der Affekte: Kohärenz und Konflikt [Dissertation, Univ. Zürich]. Würzburg: Königshausen & Neumann, 2006 - 214 pagina’s , deze § S. 43-46 - books.google
Affekt und Affektivität sind ein Thema vieler Philosophen, für Spinoza jedoch die zentrale philosophische Herausforderung. Er sieht den Menschen generell bedroht durch Affektionen, d.h. durch Einflüsse und Einwirkungen, die ihn unter die Gewalt negativer Affekte bringen und damit knechten. Mit der Gebundenheit des Menschen in die Ereignisse des Affiziertwerdens ist auch die Macht der Vernunft gegenüber selbstentfremdenden Bindungen beschränkt sie wird nur dann wirksam, wenn sie selbst mittels positiver Eindrücke affektive Kraft zu gewinnen vermag. Negative Affekte hindern den Menschen an Erkenntnis und Selbsterkenntnis. In Spinozas Ethik, seinem Hauptwerk, spielt die Affektivität des Menschen im substanzontologischen, ersten Teil ebenso eine zentrale Rolle wie im zweiten, in dem Geist und Erkenntnis behandelt werden. Die vorliegende Interpretation geht daher davon aus, daß der Begriff des Affekts aus den Definitionen und Axiomen der ersten zwei Teile des Werks hergeleitet werden muß. Es wird gezeigt, daß die ontologische Bestimmung des Menschen, in affizierenden Zusammenhängen zu stehen, auch die Voraussetzung für das Wirken des Selbsterhaltungsstrebens bildet. Im Kern des Problems vernünftiger Bewältigung der Affektivität steht dieNegation. Die Verfasserin expliziert Spinozas These, daß das Negative unerkennbar ist, und spannt einen Bogen zur Kritik am theologischen Begriff des Bösen und den Reflexionen über das Schicksal und die Freiheit des Menschen. Schließlich vergleicht sie Spinozas und Freuds Einschätzung negativer Affekte. Im Gegensatz zu Spinoza findet Freud in Trauer, Angst und Schmerz einen besonderen Sinn menschlicher Individualität. Das Diktum, Spinoza sei der Philosoph der Psychoanalyse, wird einer kritischen Revision unterzogen. [Cf.]


Karl Jaspers over de oneindige modi bij Spinoza


De opmerking van Henk Keizer in reactie op een vorig blog – “Van het boek van Karl Jaspers herinner ik me dat hij schrijft dat er bij Spinoza geen verbinding is tussen God en de oneindige modi enerzijds en de wereld van de eindige dingen anderzijds” – deed mij op zoek gaan naar wat Jaspers daarover precies schreef. Daarbij overkwam mij nog serendipisch een aardige ontdekking, waarmee ik in een volgend blog kom.
 
In zijn deel over Spinoza in Die großen Philosophen (1957) dat door Piper in 1964 apart als boek en in 1978 in paperback is uitgegeven [en dat onder redactie van Hannah Arendt in 1966 in het Engels is vertaald], behandelt Karl Jaspers Spinoza’s Metaphysische Vision in de volgende paragrafen: a) Substanz, Attribut, Modus; b) Gott, c) Die zwei Attribute; d) Die Modi; e) Die Zeit; die Notwendigkeit; f) Sprung zwischen Gott und Welt und die Frage nach ihrer Einheit.

Ik breng hierna de § Die Modi, die vooral over de oneindige modi gaat. Het commentaar in kleinere letter dat hij eraan toevoegt zet ik hier - om 't leesbaar te houden - in grotere letter; daarin komt niet aan de orde wat Henk aangaf. Dat is te vinden in de langere § f, waaruit ik slechts een klein – maar genoeg zeggend - deel overneem.

maandag 26 februari 2018

Nog eens wijs ik op Carlos Fraenkel die zoveel méér is dan een Spinoza scholar

Graag wijs ik nog eens op de vele publicaties die Carlos Fraenkel via internet beschikbaar stelt. Ik wees daar eerder op in een blog van 31-10-2012 “Carlos F. Fraenkel biedt veel downloads aan.” Ook op 11-06-2015 had ik ‘t blog “Spinoza lezen in Palestina” n.a.v. een boek van hem. [Zie voorts hier en hier en hier]
Ik haal hier de eerste alinea’s (zonder noten) en zijn foto van de wikipagina over hem aan, waaruit duidelijk wordt dat hij kennelijk goed schrijven kan:
Carlos Fraenkel (born March 21, 1971 in Münster, Germany) is a German-Brazilian scholar and writer currently living in Canada. He is James McGill Professor of Philosophy and Religion at McGill University in Montreal and was previously Professor of Comparative Religion and Philosophy at Oxford University.
Fraenkel has written several books and is a contributor at the London Review of Books, the Times Literary Supplement, the New York Times, the Nation, the Los Angeles Review of Books, the Jewish Review of Books, Boston Review, and Dissent Magazine.
Fraenkel’s work spans ancient, medieval and early modern philosophy, Jewish and Islamic thought, and political philosophy. His research interests include Plato, Themistius, al-Fārābī, al-Ghazālī, Maimonides, and Spinoza, as well as conducting philosophical discussions in places of conflict, for example with Palestinian students, lapsed Hasidic Jews, and members of a Native American community. He has also contributed to the discussion of religious and cultural diversity.
Zie zijn website en zijn pagina op academia.edu

Karl Jaspers' Spinoza in 't Italiaans vertaald

Zie ook 't blog van 18 juli 2018 over de cover van de tweede editie


Op NDPR vandaag Steenbakkers’ review van Curley’s The Collected Works of Spinoza


Graag wijs ik de bezoekers van dit weblog op de uitvoerige, gedegen en kritische bespreking van Piet Steenbakkers die vandaag bij de NPDR verscheen van:
Edwin Curley (ed., tr.), The Collected Works of Spinoza, Volume II, Princeton University Press, 2016, 769 pp., $ 55.00 (hbk), ISBN 9780691167633.
Reviewed by Piet Steenbakkers, Utrecht University
Steenbakkers vindt het voor de wetenschappelijke wereld de beste van de beschikbare Engelse vertalingen, maar heeft m.n. over de presentatie en lay out nogal wat aanmerkingen. Je kunt zien dat de reviewer er heel wat studie in heeft gestoken en zich er bepaald niet met een jantje-van-leiden vanaf heeft gemaakt.
We lezen ook een ‘nieuwtje’ over de – nogal vertraagde – voortgang van “the series Spinoza Œuvres (Presses Universitaires de France, Paris) […]: The edition of the Ethics (ed. Akkerman and myself, trans. Moreau) has recently been finished and is now being prepared for the press.”
Ik ben blij bij hem over de Spinoza correspondentie te lezen “every letter has its own history and should be edited individually.” Ik heb er ooit in een blog mijn teleurstelling over uitgesproken dat de Nederlandse editie van de Briefwisseling onvoldoende die geschiedenis van elke brief behandelde. Ik vind dus Steenbakkers aan mijn zijde wat betreft de wenselijkheid daarvan.

Deze foto bracht dr. John Sellars via zijn tweet van 4 juli 2016 naar internet

zondag 25 februari 2018

Hoe Alexander Douglas m.b.v. R. G. Collingwood Spinoza wil uitleggen


Ik moet met dit blog komen over hoe fascinerend ik het vind hoe Alexander Douglas met behulp van Robin George Collingwood, in het bijzonder diens The Principles of Art uit 1938, begrijpelijk wil maken hoe Spinoza zijn stelling 5/3 bedoeld zou hebben. Maar mij overtuigt hij niet.
Die intrigerende en moeilijkheden opleverende stelling luidt:
Affectus qui passio est, desinit esse passio simulatque ejus claram et distinctam formamus ideam.
Zodra wij ons van een passieve hartstocht een helder en onderscheiden idee vormen, ondergaan wij deze niet langer.  (In de wat armoedige vertaling van Henri Krop] Van Suchtelen vertaalt iets letterlijker:
Een aandoening, welke lijding is, houdt op een lijding te zijn, zodra wij er ons een helder en duidelijk idee van vormen (iets aangepast: voorstelling werd idee).

zaterdag 24 februari 2018

Steven Pinker gaf zijn nieuwe boek, Enlightenment Now, een motto van Spinoza mee



In het blog van 26 november 2017 over "Rebecca Goldstein’s keuze van Five Books”, vernamen we al van de komst van het nieuwe boek van haar partner.
Op 15 februari 2018 verscheen dan

Steven Pinker, Enlightenment Now: The Case for Reason, Science, Humanism, and Progress. Allen Lane / Penguin Random House, Feb 13, 2018 - 576 Pages – books.google

Spinoza komt er maar weinig in aan de orde: hij noemt het conatus-beginsel [cf.] en vat een stukje samen van het boek van zijn partner, Thirty-Six Arguments  for the Existence of God: A Work of Fiction, waarin zij ook Spinoza aan de orde stelt [cf. zie daarover ook dit blog].
 
Wel gaf hij het boek deze motto's mee:


Het motto van fysicus David Deutsch komt uit zijn bestselling book The Beginning of Infinity. Explanations That Transform the World [2012]. Pinker gaat er in zijn eerste hoofdstuk, "Dare to Understand," op in - hoe het n.l. een verdediging van het Kantiaanse Verlichtingsdenken is.  In Chapter 23, “Humanism,” maakt hij kritische kanttekeningen bij het motto van Deutsch en motiveert hij duidelijk waarom hij het motto van Spinoza – als kennelijk een fundamentelere - eraan vooraf laat gaan. [Cf.]

vrijdag 23 februari 2018

Michiel Wielema (24 oktober 1959 – 21 februari 2018) is eergisteren overleden


Jacky Nieuwboer en Michiel Wielema.
Hij 7 dagen geleden: PS de foto is van een jaar geleden aan de Algarve. Zij vandaag: Zag dat hij nog een foto van ons samen had gestuurd, een jaar geleden waren we nog happy go lucky in de Algarve.

Nu is hij dus overleden. Deze droeve mededeling ontving ik hedenmiddag van zijn partner Jacky Nieuwboer. Zij reageerde op een mailtje dat ik hem gisteren stuurde. Zij stuurde me bij haar antwoord deze rouwbrief (en vindt ’t akkoord dat ik die hier opneem). [Als u erop klikt krijgt u een duidelijker leesbaar beeld.] 

Nog eens Daniel Whistler over hoe Spinoza over eeuwigheid spreekt

We zijn ruim een kwartaal verder en nog is over het boek Spinoza and Theology van Daniel Whistler en Jennifer Bunker dat in 2015 zou zijn uitgekomen bij Bloomsbury Publishing en waarvan begin december 2017 het paperback zou verschijnen, nog altijd niets te vinden. Ik blijf het iets mysterieus vinden. Bij de uitgever niet, noch op de universiteitspagina van Whistler of zijn pagina bij academia.edu wordt er ook maar iets over vermeld.
Ik blijf het een mysterieuze, vreemde zaak vinden.
Dr. Daniel Whistler zal op 1 maart 2018 voor de London Spinoza Circle spreken over het onderwerp waar hij al eerder over schreef en waarover ik op 27 november 2017 een uitgebreid blog had: “How to Speak of Eternity? Rhetoric in Ethics V.” [Cf.] Hetzelfde onderwerp waarover hij het artikel dat in Epoché zal verschijnen al op zijn academia.edu-pagina plaatste. Ik neem hier het abstract ervan over, daar ik het een boeiende invalshoek blijf vinden:
“My aim in this paper is to investigate the stylistic idiosyncrasies of Part V of Spinoza’s Ethics by focusing on the experience of the reader encountering this text: what is missed in most accounts of this passage, I argue, is the rhetorical effect of Spinoza’s language on a reader approaching the end of the book. The reader experiences hermeneutic anxiety upon encountering a God who loves, rejoices and glories in a relatively traditional manner after the iconoclastic dismantling of the traditional attributes of God in Parts I to IV. I suggest that such anxiety is intentionally provoked, for it emerges out of a reflective attitude towards the text and its choice of language, and such reflection on language is a means of ‘rhetorical therapy’ that makes the communication of adequate ideas possible.

The paper examines, first, the peculiar rhetorical devices at play in Part V, and, secondly, whether there are good philosophical reasons for such peculiarity. I then use such an analysis to think further about Spinoza’s attitude to language in general, concluding that thinking through the implications of the linguistic signs as affect allows one to posit the existence of a rhetorical therapy in Spinoza’s thinking.”

Zal iemand daar in Londen hem naar dat boek over Spinoza en theologie vragen? 

woensdag 21 februari 2018

Michel Onfray, Henri Pena-Ruiz, Mathias Leboeuf, Frederick Lenoir, Luc Ferry en Henri Atlan over Spinoza


Op deze sterfdag van Spinoza publiceerde CAL/CLAV ['t Centre Laïque de l'Audiovisuel] op Youtube deze video van 9 minuten waarin de in de titel van dit blog genoemde Franse filosofen in het kort (soms wel erg snel sprekend) hun visie op Spinoza geven (kom in Nederland eens om zoiets…)


  
Entretien: Jean Cornil
Réalisation et montage: Quentin Van de Velde
Image et étalonnage: Mehran Mir Hosseini
Son et mixage: Jacques Nisin
Secrétariat de production: Marie Obolensky

2018 - 9 minutes
Coproduction: CAL/CLAV

Pleidooi voor een jaarlijkse Spinozalezing


Han van Ruler vervangt hedenavond Wiep van Bunge in een lezing over Spinoza op de dag van zijn overlijden.
Spinoza ontmoeten “via Wiep van Bunge,” zoals ik in het blog van 7 februari 2018 schreef, werd op de avond zelf gewijzigd in: “via Han van Ruler.” Wiep van Bunge was door privé omstandigheden verhinderd en werd vervangen door zijn collega aan de EUR prof. Han van Ruler. Aldus bleek uit enige tweets van bdspinoza [ofwel Leon Kuunders], waarbij hij deze foto meegaf.


Vandaag 341 jaar geleden overleed Spinoza


Een paar dagen geleden verscheen op ebay een aanbieding van deze ‘eerste dag-kaart met postzegel' die op 21 februari 1977 bij gelegenheid van Spinoza’s 300e sterfdag werd uitgegeven.
Merkwaardig toch, zo’n kaart met een fraaie tekening van Spinoza met postzegel op de afbeelding en een poststempel op Spinoza’s voorhoofd! Niet om aan te zien (in mijn ogen dan).

dinsdag 20 februari 2018

Het ongelukkige lot van spinoza.blogse.nl


Dit moet ik even kwijt. Mij voorbereidend op een blog dat ik op Spinoza’s sterfdag zou kunnen brengen, was ik op zoek naar een oud blog en kwam daarbij toevallig op de vroegere domeinnaam van mijn blog: spinoza.blogse.nl
En wat zag ik tot mijn schrik: dat is een seks- en datingsite geworden. Hoe het kan, weet ik niet: blogse.nl staat te koop – dus hoe kan die al gebruikt worden? Of ja, de huidige eigenaar wil wellicht tijdens de verkoop nog wat bijverdienen. De enige reden die ik kan bedenken waarom hiervoor deze domeinnaam werd gebruikt is: het was de naam die bij blogse.nl bovenaan stond in het rijtje van "de meeste blogs." Enige relatie met Spinoza kan ik niet bedenken.
Nadat ik bijna tien jaar op de url met die naam over Spinoza, Spinozisme en Spinozana heb geblogd, voel ik me nu toch een beetje aangerand. Die domeinnaam hoorde bij mij - was een deel van mij geworden.
Dat vervelende gevoel, wil ik even met u delen. Ik ben even van mijn apropos. Een stukje van het beeldvenster laat ik hierna even zien. Onderaan staat ook nog “© 2018 - Spinoza.blogse.nl”
Ach ja, er zijn vervelender dingen. Maar dit past zo totaal niet bij Spinoza (en niet bij mij).
“Nadat de ervaring mij geleerd had…”

Albert Gootjes over de ‘georkestreerde’ en door Graevius geregisseerde Utrechtse aanval op de TTP


Graag signaleer ik hier het artikel dat Gootjes vorige maand publiceerde over de eerste aanval op de TTP van
J.M. V.D.M. [Johannes Melchior], Epistola ad amicum, continens censuram libri, cui titulus: Tractatus theologico-politicus.  C. Noenaert, 1671 - 48 blz.
[pas op 27 april 2016 door
books.google gedigitaliseerd exemplaar uit de Biblioteca Angelica te Rome]
Albert Gootjes, “The First Orchestrated Attack on Spinoza: Johannes Melchioris and the Cartesian Network in Utrecht.” In: Journal of the History of Ideas, Volume 79, Number 1, January 2018,  pp. 23-43 [muse.jhu.edu]
This article examines the immediate Dutch reception of the Tractatus theologico-politicus. Using newfound archival sources it demonstrates that the anti-Spinoza activity of the Cartesians in Utrecht extends far beyond the well-known writings of Lambertus van Velthuysen and Regnerus van Mansveld. Their Cartesian network not only produced the very first public refutation to appear, but also formed a center for coordinating much of the Dutch response to Spinoza. This engagement, it is argued in closing, must be accounted for in Spinoza reception history, and forms the background to the mysterious visit Spinoza paid to Utrecht in the summer of 1673.

maandag 19 februari 2018

Ellen Bliss Talbot (1867–1968) gaf vakkundige bespreking van “Die unendlichen Modi bei Spinoza” van Elisabeth Schmitt

Ellen Bliss Talbot was in 1906 gedoctoreerd op het proefschrift “The fundamental principle of Fichte's philosophy,” [cf. archive.org], had al vanaf 1898 een aanstelling in de filosofie aan het Mount Holyoke College, en was dus niet zomaar iemand die gevraagd was voor dit review in The Philosophical Review.
Om de recensente enigszins te introduceren, haal ik hier de laatste alinea aan van het door Dorothy Rogers geschreven lemma over haar in John R. Shook (Ed.), The Bloomsbury Encyclopedia of Philosophers in America: From 1600 to the Present [Bloomsbury Publishing, 2016], waarvan de laatste pagina bij books.google te lezen is.
Roughly one-third of Talbot's work consisted of original discussions of philosophical problems, particularly on questions of human freedom and moral value, as in "Humanism and Freedom," "Individuality and Freedom," and "The Time-Process and the Value of I luman Life." In these writings, she explores how values, experience, and human freedom intersect with and/or reinforce each other The most innovative of thew writings arc the "Time-Process and Value" articles, written when Talbot was a mid-career academic. Here she discusses values and moral goods not as fixed entities, but as dynamic processes which can have a greater or lesser impact, depending on the context, specifically in regard to time. The articles show us that Talbot had a great deal in common with the pragmatist, personalist, and process thought that was under development in her day. Her work as a whole demonstrates that she was a competent philosopher who was comfortable entertaining new ideas and interested in making abstract thought relevant to everyday human problems.
En nog dit uit “America’s First Academic Women Philosophers, 1880-1920”: Ellen Bliss Talbot (1867-1968) was one of five women to earn a Ph.D. in philosophy at Cornell in the nineteenth century.  Interestingly, all of these women were successful academically  […]. Talbot was Cornell’s most accomplished philosophy doctoral student, publishing three books, over a dozen articles, and nearly thirty book reviews. [Cf. – cf. ook pagina over Ellen Bliss Talbot op wikisource].
Een van die boekbesprekingen, nadat ze al haar boeken en artikelen over Fichte al had gepubliceerd, was dus haar hierna volgende bespreking in 1911 van:

zondag 18 februari 2018

Elisabeth Schmitt (1877- ) schreef als een der eersten een gedegen studie over de oneindige modi



Nauwelijks gegevens vind ik van haar dan dat ze uit Frankfurt am Main afkomstig was toen haar artikel “Zur Problematik der unendlichen Modi” in Chronicon Spinozanum II (1922) verscheen en dat ze in 1877 geboren was, zoals o.a. bij archive.org waar dat artikel te vinden is, bij haar naam vermeldt wordt. Het werd daar geplaatst in de vorm van de overdruk die van artikelen in Chronicon gemaakt werden. En dat heette dan DISSERTATIO EX CHRONICI SPINOZANI TOMO SECUNDO SEPARATIM EDITA. HAGAE COMITIS T II, MCMXXII.
Dat stuk uit 1922 is dus niet haar dissertatie, maar eerder een soort samenvatting van de dissertatie die zij in 1910 maakte:

zaterdag 17 februari 2018

Zijn bewonderaars van Spinoza per se een soort zeloten?


“It has been remarked more often than pleasantly that Spinoza has never had a school of followers although he has had shoals of admirers, as the international Spinozistic society magniloquently testify -after his first century of neglect inductively proving the street adage that the first hundred years are the hardest. The absence of the customary coterie of fervid disciples is nothing to be deplored, for one of the saddest things great men have to suffer from is the zeal of their followers.”

Zo begint Joseph Ratner de slotparagraaf [6] van zijn artikel “In Defense of Spinoza,” in: The Journal of Philosophy [Vol. 23, No. 5. (Mar. 4, 1926), pp. 121-133]. Het stuk is in feite een zeer kritische bespreking van een aantal artikelen in de eerste drie nummers van het Chronicon Spinozanum, uitgegeven in de jaren 1921 t/m 1923 door de Societas Spinozana.
Het PDF ervan is te vinden op wat ik wel vaker de ‘roofsite’ van Gary Zabel heb genoemd. Ik stuitte weer eens op het stuk, bij het voorbereiden van een komend blog, maar vind het wel aardig er apart nog eens op te wijzen. Ik deed dat eerder in het blog van 3 april 2011 waarin ik schreef dat hij in dat stuk “Spinoza verdedigt tegen het wanbegrip van diverse auteurs (waaronder Wolfson) - hier en daar bijna hilarisch om te lezen.”
Joseph Ratner (1901-1979) was de auteur van The Philosophy of Spinoza. Selected from His Chief Works, (New York: The Modern Library, 1927)
 

Ziet u zichzelf in Spinoza-sokken lopen?


De website voor kleding en schoeisel Etsy biedt ThinkersSocks aan - sokken met denkers – ook dus van Baruch Spinoza. De sokken kosten € 19,78 per paar en worden gratis verzonden bij bestelling van 3 paar. Misschien een cadeautje voor een Spinoza-fan?

Eerste serieuze en kritische bespreking van de Ethica-vertaling van Maarten van Buuren


Het februarinummer van iFilosofie, #35 van februari 2018 is uit. Het is door ieder gratis te downloaden als PDF of als E-book (klik op de afbeelding). Het bevat, zoals ook het voorblad laat zien, een bespreking van de Ethica-vertaling van Maarten van Buuren. Recensent Arthur Veenstra* - veelzeggende titel: "VAN BUURENS ETHICA: ONTSLUIERING OF VERSLUIERING VAN SPINOZA? **)
De recensent zegt er heel wat positiefs over, maar heeft ook heel wat kritiek. Schrijft b.v.: "Een vertaler die geen specialist is in de pre- en vroegmoderne filosofie begeeft zich op glad ijs. Dat is precies het gevoel dat ik krijg bij de vertaalkeuzes die Van Buuren maakt.”
Hij maakt vergelijkingen met de andere Ethica-vertalingen, waarbij hij vooral de Boom-vertaling van Corinna Vermeulen met de toelichtingen van Han van Ruler prijst (hoewel hij hun namen niet noemt), de Prometheus-vertaling van Henri Krop wel vermeldt, maar niet kent (“alleen maar doorgebladerd”), en de Wereld-bibliotheek-vertaling van Van Suchtelen niet noemt.
Een erg deskundige op dit terrein lijkt de recensent me niet, wanneer hij zijn persoonlijke leeswijzer voor de Ethica begint met:
"-A Book Forged in Hell, Stephen Nadler: een levendige en niet-filosofische beschrijving van het Amsterdam van Spinoza in de 17de eeuw. Waarom Spinoza’s Ethica zo stormachtig werd ontvangen." Hij heeft dat boek kennelijk niet gelezen en niet in de gaten dat het over de TTP gaat!

Laatste opmerking: de link aan het eind onder "Spinoza (vertaald en ingeleid door Maarten van Buuren), Ethica. Ambo|Anthos, 2017" brengt je naar de "webshop van de Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) bij Boom Filosofie," waar die Ethica-vertaling niet bij staat. Slordigheidje.

Maar dit zijn kleine randopmerkingen bij een overigens interessante bespreking om kennis van te nemen. Eindelijk hier een serieuze en kritische bespreking van Van Buurens vertaling.
_________________ 
*) Over Veenstra kan ik niets vinden. Al eerder maakte ik de opmerking: "Opmerkelijk dat iFilosofie niet even een aanduiding geeft van wie en wat hun recensenten zijn." [cf. blog]
**) Els van Swol wees hier op in een reactie op dit blog. Dank daarvoor .  

vrijdag 16 februari 2018

Ignacy Halpern-Myslicki (1874 - 1935) Poolse Spinoza-geleerde (vervolg)


Op 28-11-2010 had ik het blog: “Ignacy Halpern-Myslicki (1874 - 1935) Poolse Spinoza-geleerde”. Daarin had ik de titelpagina opgenomen van het eerste deel van zijn vertaling van de Spinoza-werken, waarin opgenomen de TIE en de Ethica. Vandaag reikte Google.afbeeldingen een in 2015 op internet gebrachte foto van de titelpagina van het tweede deel met de politieke werken. Daar ik aan dat gearchiveerde blog niets meer kan wijzigingen, is dat voor mij aanleiding deze titelpagina in dit blog op te nemen en daarmee nog eens te wijzen op deze Poolse Spinozageleerde uit het begin van de 20e eeuw, “Ignacy Halpern-Myslicki – en op de Poolse wikipedia-pagina over Ignacy Myślicki die er in 2010 ook nog niet was.
 

donderdag 15 februari 2018

Heumakers' artikel over de Spinoza-belangstelling nog eens gepubliceerd


Op de website van "De Leesclub van Alles", waarvan Arnold Heumakers medewerker blijkt te zijn, heeft hij zijn stuk dat 25 januari 2018 in de NRC verscheen [cf. blog], afgelopen zondag nog eens gepubliceerd, zo blijkt uit onderstaande tweet van die boekenwebsite. Het enige verschil is dat er nu "Ethica" boven de titel "Ieder zijn eigen Spinoza" staat. Ook daar wordt het gepresenteerd als zou het een recensie betreffen van de Ethica-vertaling van Maarten van Buuren - een suggestie die door de tweet nog eens wordt versterkt. Wat het dus absoluut niet is.

Cosmopsychisme – of is (of heeft) het universum een bewuste geest?


Op 8 februari 2018 verscheen op aeon dit artikel van Philip Goff, associate professor in philosophy at the Central European University in Budapest; his research interest is in consciousness and he blogs at Conscience and Consciousness: "Is the Universe a conscious mind?"

Leadtext: "Cosmopsychism might seem crazy, but it provides a robust explanatory model for how the Universe became fine-tuned for life."

De publicatie is gesponsord door het Templeton Religion Trust vanuit hun ‘Pantheism and Panentheism’ projekt. [Cf. ook deze tweet]

woensdag 14 februari 2018

Brouwerij Spinoza brouwt gestaag voort


Ja, het mag gezegd: Brouwerij Spinoza brouwt gestaag door – won tweemaal achtereen de Regionale Bockbiertest van het Leidsch Dagblad [cf. blog]. Maar dat feit en de nieuwe bieren… je vindt het niet op de eigen website van Brouwerij Spinoza - die blijft wat achter. 

Maar op de website “untappd” kun je de diverse, w.o. nieuwe bieren zien. Palmarius staat er het meest gefotografeerd en beoordeeld. Zo’n nieuwer bier is Patientia, op die site Patentia genoemd, maar geen haan die daar naar kraait, zeker de brouwer zelf niet [cf.].

En in het chatgesprekje aldaar, lezen we over nog een nieuwer bier: Juniperus; “een experiment wat best wel geslaagd is maar meer iets voor de zomer. Er staat nu iets te rijpen op een Port vat,” aldus brouwerij Spinoza half januari. Vijf dagen geleden plaatste ene Nico Glasbergen uit Rijnsberg deze foto op “Gramdude.” Kortom, brouwerij Spinoza brouwt gestaag voort.
 

Het filo-comic-boek van de Nadlers nu ook in het Turks uitgebracht


Sinds het begin van deze maand is het boek van Steven en Ben Nadler ook in het Turks verschenen.

Steven Nadler & Ben Nadler, Heretikler. Modern Felsefenin Harika (Ve Tehlikeli) Başlangıçları. Turkse vertaling van Abdullah Yilmaz. Alfa Yayınları [uitgever], 01-02-2018 [zie ook hier, waar ik de cover vandaan heb.]

Het kreeg vandaag op dit boekblog een positieve bespreking van Haber Merkezi, die o.a. schrijft:
'Heretikler' van Alfa Yayınları is erin geslaagd om een ​​eerlijk, vloeiend en oprecht verhaal met grappige en verhelderende tekeningen samen te brengen,; het vertelt ons de geschiedenis en filosofie van de periode.
En nog eens:
'Heretikler' is een uniek introductieboek dat het verhaal van de moderne filosofie en de wetenschap  in de stijl van een comic book weergeeft!  Het is in staat om abstracte en complexe ideeën op een oprechte, geestige en open manier tot uitdrukking te brengen.
Zie voorts ook hier.

Een liefdesgezang naar het Hooglied op Valentijnsdag


Het wordt weer eens tijd voor muziek op dit blog en daarvoor is deze Valentijnsdag een goede gelegenheid. Ik ging op zoek naar een van de vele composities op de liefdeszang die het Hooglied is. Ik had graag Chapter Eight, Canticum canticorum van Alexander Knaifel willen ‘uitzenden’, maar dat duurt ca. een uur. In plaats daarvan koos ik van de schitterende Vlaamse groep Capilla Flamenca, een nummer uit een concert dat zij gaven op 11 januari 2004 in de Miniemenkerk in Brussel, en dat uitgezonden werd door Klara Podium op 28 januari 2004; ik nam het op en brandde er een eigen CD  van. In sept 2004 is er door Eufodia, 't label van het Davidsfonds, een CD van uitgegeven, waarvan de opname in 2003 was gemaakt: Canticum Canticorum, In Praise of Love: The Song of Songs in the Renaissance [cf.]. Ik koos uit die Klara-uitzending van

Loyset Compère (1445-1518), Plaine d'ennuy de longue main attainte/Anima mea liquefacta est


Capilla Flamenca:
Marnix de Cat, countertenor, Tore Denys, tenor (op de cd Jan Caals - tenor),
Lieven Termont, baritone, Dirk Snellings, bass en dir.,
Jan Van Outryve, lute, Liam Fennelly, viool.

[dit vind je niet op Youtube]
  

dinsdag 13 februari 2018

Susan James werkt vermoedelijk aan publicatie over geestkracht (fortitudo animi) bij Spinoza


Vandaag houdt Susan James eind van de middag in het kader van de J.H. Burns Memorial Lectures aan de University of St Andrews een lezing over “Putting One’s Knowledge to Work: Spinoza on fortitude” [cf.]

Over dat onderwerp sprak ze de laatste jaren al vaker, waarvan ik er hier enkele noem:
Op het afscheidsymposium van Piet Steenbakkers op vrijdag 2 september in Utrecht over "Spinoza Research: To Be Continued," sprak Susan James over: "Wanting to Understand: Spinoza on the Virtue of Fortitudo." [Cf. de gelijknamige publicatie van Uitgeverij Spinozahuis uit 2016 en cf. blog. Chris Meyns gaf daarvan een tweet mét foto van Susan James]. In dat blog schreef ik:
Ook Susan James komt niet met voorstellen voor nieuwe research maar komt met een voorbeeld, het gebruik van fortitudo door Spinoza, waarnaar volgens haar nader onderzoek zinvol is en dat ze hier alvast brengt: hoe heeft hij zijn betekenis die hij het woord laat hebben samengesteld uit welke tradities? Ze haalt er Descartes, Hobbes, Augustinus, Aquinus en Calvijn bij. Al met al in mijn ogen het enige artikel dat een uitzondering vormt en waarnaar nog wel eens gegrepen en verwezen zal worden.

Op 17 August 2017 sprak ze aan de University of Queensland in Australië over "Imagining Fortitudo". [Cf. haar foto van daar]
Abstract: For Spinoza, one of the manifestations of philosophical understanding is the virtue of fortitudo, a commitment to living as one’s understanding dictates. This virtue in tu, haar fotorn encompasses two others; animositas or the ‘desire by which each one strives, solely from the dictate of reason, to preserve his being’, and generositas, ‘the desire by which each one strives, solely from the dictate of reason, to aid other men and join them to him in friendship’. In the first part of this paper I consider how understanding and fortitudo are related. I argue that Spinoza regards the process of cultivating fortitudo as distinct from the process of acquiring understanding. As finite beings who are striving to empower ourselves, we humans not only have to try to improve our grasp of what we and the world are like.  We also have to learn how to live in the light of our knowledge. What does Spinoza tell us about this latter process?  He shows us, I suggest, that cultivating fortitudo is both an imaginative and a political undertaking, and sketches some of the practices through which it can be developed. In doing so, however, he opens up a topic of contemporary as well as historical significance, about which there is much more to be said.
Op 20 november 2017 sprak ze aan het Neubauer Collegium for Culture and Society in Chicago, eveneens over: “Putting Our Knowledge to Work: Spinoza on Fortitude.”[Cf.]
Zo waren er meer gelegenheden waarbij Susan James sprak over “Spinoza on fortitudo”, zie bv. Researchgate – en vanmiddag dus in Schotland.
Kortom, ik denk wel dat je mag verwachten dat ze dit een keer afrond met een publicatie.

Spinoza'nin duygulari [Spinoza's emoties]

Deze tekeningen werden vier dagen geleden hier gepost door Ümran Yildiz Çetin @spinoza'nin duygulari [Spinoza's emoties]



maandag 12 februari 2018

Spinoza één van de 50 Bibliophilia Literary Postcards





 
 
 
 
 
 
 
 
 
In 2015 stelde Obvious State Studio in samenwerking met Penguin Random House een Bibliophilia-collectie literaire postkaarten samen, bestaande uit 50 originele ontwerpen. Grootte: 4 x 6 inches. Die werden dubbel in een box gestopt zodat je er van elke kaart één kon versturen en de ander zelf houden. [Cf.]
Van Monique Bullinga kreeg ik een afbeelding van de kaart met Spinoza, waarop een uitspraak die Spinoza deed in een brief in 1674 aan Hugo Boxel.


Spinoza door Susan James gezien als “een opmerkelijke kameleon”


Afhankelijk van de geschiedenis en de omstandigheden kan hij naar behoefte in een andere kleur worden gezien en gelezen. Dat schrijft Susan James in een hoofdstuk, waarin ze laat zien hoe Althusser naar de behoefte die hij heeft om het marxisme en met name de theorie over ideologie die hij onvoldoende ontwikkeld vindt, aan te passen vanuit hoe hij Spinoza leest. Hij leest Spinoza als zijnde materialist.

Op dit artikel wees iemand die onder het pseudoniem ‘WahresLeben’ op twitter steeds verwijzingen aanbrengt naar interessante teksten en internetpagina’s. Na het maken van het blog van gisteren stuitte ik op zijn twitterpagina en daarop trof ik deze recente tweet, waarmee hij wees op

Susan James, “Spinoza and materialism” In: Stephen H. Daniel (ed.), Current Continental Theory and Modern Philosophy [Northwestern University Press, 2005 - cf. Contents PDF], p. 100 – 113. Het stuk laat zich in z'n geheel lezen bij books.google.

Reviewer Theodore R. Schatzki, University of Kentucky, bij de NDPR, heeft het over “Susan James's skeptical analysis of Althusser's appropriation of Spinoza in his, Althusser's, search for an "aleatory materialism."”

Graag geef ik dit hier door. Ook het hoofdstuk van Etienne Balibar, "Potentia multitudinis, quae una veluti mente ducitur: Spinoza on the Body Politic" laat zich helemaal lezen – cf. books.google 

zondag 11 februari 2018

Gilles Deleuze’s « Spinoza et les trois Éthiques » ook in het Nederlands vertaald



Zojuist pas zie ik – via bol.com - aan de inhoudsopgave van het in oktober 1992 verschenen

Gilles Deleuze, Kritisch en klinisch. Essays over literatuur en filosofie. Vertaling Walter van der Star. Octavo Publicaties, oktober 2012 – isbn 9789490334093 - 228 pagina's

dat het laatste hoofdstuk, hoofdstuk 17, de titel draagt: « Spinoza en de drie 'Ethicá's' ». Waarvan akte. Daar had nog niemand mij op gewezen.

Het laatste dat van Gilles Deleuze nog tijdens zijn leven verscheen en dat hij eigenhandig geredigeerd had, was Critique et Clinique [Les Editions de Minuit [« Paradoxe »], 1993, waarin het 17e en laatste hoofdstuk was: “Spinoza et les trois Éthiques,“ [pp. 172-187].
Het laatste dat deze ‘Spinoza-intoxicated man’ liet verschijnen ging dus over Spinoza.

Fraaie cover van Ariel Suhamy y Alia Daval, Spinoza por las bestias


Het boekje van Ariel Suhamy & Alia Daval, Spinoza par les bêtes, dat in het najaar van 2008 bij Ollendorff et Desseins éditions verscheen [cf. blog van 09-07-2008], werd in 2016 in Spaanse vertaling in Argentinië uitgegeven met een spannendere cover dan de oorspronkelijke Franse:

Ariel Suhamy y Alia Daval, Spinoza por las bestias. Traducción de Sebastián Puente. Buenos Aires: Cactus, 2016.  160 páginas.
Van Alejandro Lagreca verscheen pas geleden, op 6 februari 2018, een bespreking in La Insuperable [cf.]. Hij vindt dat het nog niet genoeg goed zichtbaar op boekentafels wordt gelegd en geeft daarom een aantal jaren na verschijnen nog eens aandacht aan het boekje, waarin Ariel Suhamy “het reflectieve pad van Spinoza’s Ethica aflegt,” met daarbij de heel aardige illustraties van Alia Daval. Het boekje heeft “een kwaliteit die de loutere intenties van een inleiding overstijgt.” Ze halen vooral Spinoza’s voorkeur naar boven om voorbeelden te geven van dieren uit de echte wereld of schepsels van het imaginaire. “Zo krijgt de conceptuele strengheid in de uiteenzetting van Suhamy vermaak, een goed humeur en een uitstekende verankering in de herinnering van de lezer, een taak waarin het plastische talent van Alia Daval een essentieel contrapunt wordt.”