In het vorige blog haalde ik de bio’s van de auteurs uit
Dominik Perler, The Faculties: A History
[Oxford University Press, 2015 – books.google], waaraan zij meewerkten. Verder
bladerend in dat boek stuitte ik op een m.i. verhelderende bijdrage van
Stephan
Schmid, n.l. diens Chapter 4, “Faculties in Early Modern Philosophy”, met §3. “Baruch de Spinoza: Faculties as Powerful Ideas.” Een verhelderende bijdrage over hoe
Spinoza in kritiek op hoe Descartes denkt over de ‘faculteiten’ die Descartes
onderscheidde: geheugen, verbeelding, wil en verstand. Hij bespreekt waarom voor
Spinoza wil en verstand één en hetzelfde zijn. Ik haal die paragraaf die in z'n geheel te lezen is, voor de geïnteresseerde graag hier naar binnen.
[De goede verstaander kan hier nog eens goed zien hoe Maarten van Buuren er op dit punt volkomen naast zit en niets van Spinoza begrepen heeft].
Interessant dat ook aan individuele ideeen een eigen conatus toekomt.
BeantwoordenVerwijderenInderdaad, Howard.
BeantwoordenVerwijderenIn 3/6 - 3/8 heeft Spinoza het over elk ding/elke zaak (unaquaeque res) dat naar de voortzetting van zijn zijn streeft; en dat kan iets uitgebreids (een lichaam) of iets denkends (een idee) zijn. Dit blijk ook uit hoe Spinoza dit in de vervolgstellingen toepast.