maandag 31 december 2018

zondag 30 december 2018

Zal Kees Schuyt in zijn Cleveringa-biografie ook aandacht geven aan het #Spinoza-college van Lambertus J. van Holk?



Over een paar weken, in januari 2019, zal de biografie verschijnen
Kees Schuyt, R.P. Cleveringa. Recht, onrecht en de vlam der gerechtigheid. Boom uitgevers Amsterdam, 16 januari 2019 [dan zal de boekpresentatie plaatshebben in het Academiegebouw van de Universiteit van Leiden]

De uitgeverstekst: De toespraak die de Leidse hoogleraar Rudolph Pabus Cleveringa (1894-1980) op 26 november 1940 hield tegen de Duitse bezetting, is uitgeroepen tot de belangrijkste Nederlandse redevoering van de twintigste eeuw. Hij besloot openlijk te protesteren tegen de nazi's, nadat die zijn leermeester Eduard Meijers hadden ontslagen omdat hij Joods was. Cleveringa sprak de studenten op beheerste toon toe en daags erna werd hij, precies zoals hij had verwacht, door de Sicherheitsdienst opgepakt en gevangengezet.
Deze grondig gedocumenteerde biografie gaat voor het eerst in op de gehele levensloop van Cleveringa. Waar haalde hij de moed vandaan om op te staan? Waren het zijn op vrijheid gerichte Gronings-Friese aard en opvoeding? Kwam het door zijn vorming tot een gedegen jurist, met een door Meijers geïnspireerde opvatting over recht en onrecht? En hoe reageerde hij na de oorlog op alle lof die hem werd toegezwaaid?
Gesteund door zijn vrouw en door het Leidse universitaire milieu kon Cleveringa zijn hoe hij was: onverschrokken en fijn van geest.

* * *
Ik vraag mij af: zal hij ook behandelen hoe de theoloog professor Lambertus Johannes van Holk (1893-1982) op dezelfde dag als waarop Cleveringa zijn verzetstoespraak hield, uitdrukkelijk een college over Spinoza gaf? Ik schreef daarover het blog van 25-11-2010: "70 jaar geleden: Spinoza-college als protest tegen Duitse maatregel." Cf. ook ‘t blog van 26-11-2014: "Vandaag onthulling gevelsteen voor moedige protestlezing over Spinoza."
Je zou dat mogen verwachten van iemand die in 2017 een boek over het denken van Spinoza publiceerde: Spinoza en de vreugde van het inzicht.

Fraaie foto van het grafmonument voor #Spinoza bij de Nieuwe Kerk in Den Haag

Een fotograaf van Texel maakte deze fraaie foto op 22 oktober 2018 om 16:17 uur en plaatste deze op en.wikipedia.org Aldaar zijn meer gegevens over de foto en de fotograaf te vinden.

#Spinoza in de Nationale Wetenschapsquiz 2018

Gisterenavond werd op NPO 2 door de VPRO de 25e editie van de Nationale Wetenschapsquiz i.sm. de NWO uitgezonden. De vragen werden gesteld door wiskundige Ionica Smeets en psycholoog Peter Hulst aan drie duo’s, bestaande uit drie wetenschappers die gekoppeld waren aan drie kunstenaars. [Cf. VPRO]

Behalve vragen waarbij goed moet worden nagedacht en wetenschappelijke kennis moet worden benut, krijgt elk koppel ook een reeks weetjes-vragen voorgelegd. Zo kreeg het koppel Catholijn Jonker (hoogleraar Kunstmatige Intelligentiea) en Arne Hendriks (kunstenaar, docent Design Academy Eindhoven) [ca. 43:30 u] de vraag voorgelegd:
Hoe voorzag Spinoza in zijn levensonderhoud?
a)     als boekdrukker
b)    als lenzenslijper

 
Antwoord van Arne Hendriks die aan de beurt was: a) boekdrukker.
Het was al heel wat dat iets m.b.t. Spinoza onderdeel werd van de Nationale Wetenschapsquiz van de NWO en de VPRO. Het antwoord toont aan hoe weinig er van hem geweten wordt.

zaterdag 29 december 2018

Over Nietzsche’s gedicht “An Spinoza” - #Spinoza


 
In een viertal blogs nam ik “Afscheid van Nietzsche en zijn Spinoza” [blog 1, 2, 3 en 4]. Ik was van plan daarna niet meer op Nietzsche terug te komen, tenzij er nog eens een bijzondere nieuwe uitgave zou verschijnen dan. Maar er is één ding dat me niet los laat: ik ben niet zeker van de juiste transcriptie van zijn in de herfst van 1884 geschreven gedicht “An Spinoza”. Het verscheen tien jaar later voor het eerst in druk in Die Zukunft, 31. März 1894. Nietzsche was toen al geruime tijd geestesziek.

Ik maakte er op 13-09-2008 een eerste blog over dat ik enige jaren later verbeterde en tenslotte op 3 augustus 2014 met een nieuw blog corrigeerde. Ik meende n.l. na de Spinoza-zomercursus te Barchem 2014, waarin Piet Steenbakkers dit gedicht behandelde, dat ik in het blog van 03-08-2014 de definitieve versie ervan kon vaststellen. Maar daarvan ben ik inmiddels niet zeker meer. Ik heb gezocht of er een facsimile van het origineel te vinden is, maar vond het niet. Ik geef hier een overzicht van serieuze bronnen, waarin diverse verschillen opduiken. Ik geef het als 'plaatje' om geen van de teksten als tekst te verspreiden. Ooit hoop ik dat er toch – met een overtuigende toelichting – een definitieve versie wordt gepubliceerd.


vrijdag 28 december 2018

Het blijft stil m.b.t. het aan Barend Graat toegeschreven schilderij van #Spinoza


Dhr. Constant Vecht op 16 maart 2016 in stand 149 van “Kunstzalen A. Vecht” op de TEFAF bij het "Graat-Spinoza-schilderij" [foto door blogger]
“Dit was in het vorige jaar toch dé grote opwinding op mijn vakgebied: de ontdekking van een nieuw-oud gesigneerd (1665) portret van Spinoza door Berend Graat, tot stand gekomen dank zij inzet van zijn intieme vriend en ‘medewerker’ Joh. Bouwmeester.”
Deze tweet met - typisch Wim Klever – weer een aaneenrijging van onvolkomenheden, wordt voor mij aanleiding om het weer eens over dit schilderij te hebben. Het is opvallend stil rondom dit Spinoza-schilderij.
Maar eerst de fouten in Klevers tweet, waarmee hij die stilte gisteren doorbrak:
Het was niet vorig jaar, maar in maart 2016 dat de eigenaar Constant Vecht dit in 2013 door hem verworven schilderij op de TEFAF aanbood samen met het door hem gesponsorde onderzoek, waarmee hij aantoonde dat het om een schilderij van Spinoza ging.
Het zou geschilderd en gesigneerd zijn door Barend Graat, niet Berend Graat.
Het is linksonder gesigneerd met BGF / 1666 - en dus niet 1665.
En het "tot stand gekomen dank zij inzet van zijn intieme vriend en ‘medewerker’ Joh. Bouwmeester" is iets dat Klever er geheel zelf bij verzint.
Enfin, tot zover de aanleiding voor dit blog.
In 2016 had ik veel blogs (waaronder enkele gastblogs) over het schilderij, maar sindsdien is het vrij stil en lijkt er geen schot te komen in het bepalen van de authenticiteit van het schilderij.  
Aan het eind van het blog van 23-05-2016, “Open brief aan de eigenaar van het 'Graat-Spinoza'-portret” staan de links naar vele eerdere blogs over het onderwerp. Hierna volgden nog het blog van 18-08-2016: “Discussie over het 'Graat-Spinoza'-schilderij verplaatst naar de VS” en het blog van 27-08-2016: 'Graat-Spinoza-schilderij' op het Authentication in Art Congress. Eind 2016 concludeerde ik in het blog van 30-12-2016: » 2016 bracht én een nieuw Spinoza-schilderij én twijfel erover. « Hierop schreef ik het blog van 16-01-2017: “Waarom ik denk dat het 'Graat-Spinoza'-schilderij een vervalsing is.” Tot slot was er het blog van 12-03-2017: » ‘Graat-Spinoza’-schilderij een jaar op internet «. Op de meeste blogs verschenen uitgebreide reacties van de heer Vecht.

Kunsthistorica Anna Koldeweij schreef, bijgestaan door Kunsthistoricus Gary Schwartz, een artikel over het portret. Ook prof. Manuth uit Nijmegen en Norbert Middelkoop (Amsterdam Museum), zouden haar hebben geadviseerd - zo bleek uit een reactie dit jaar op dit blog van 24 oktober 2017 (waarschijnlijk van de heer Vecht). Voor zover mij bekend is dat artikel echter nog nergens verschenen.
Hoe dan ook, sinds de informatie en discussie over dit schilderij in 2016 en 2017, was het dit jaar erg rustig. Zal er dan volgend jaar eindelijk meer duidelijkheid over komen?

donderdag 27 december 2018

"Vygotsky and Marx" gaat ook over #Spinoza


Zojuist, bij het maken van het vorige blog, ontdekte ik dat het recent verschenen boek van
 
Carl Ratner & Danielle Nunes Henrique Silva (Eds.),
Vygotsky and Marx. Toward a Marxist Psychology. London & New York: Routledge, 2017 door de Online University of the Left als PDF op internet is geplaatst.

Zie over Vygotsky en Spinoza het blog van 15 november 2018

Weer eens een artikel over het lezen van Marx van #Spinoza


 
Er is al heel wat geschreven over Marx en hoe hij zich met Spinoza bezig hield. Ook op dit blog heb ik daar al veel aandacht aan gewijd. Deze maand verscheen er weer eens een artikel over hoe Marx Spinoza las, te weten:
Bernardo Bianchi, “Marx’s Reading of Spinoza: On the Alleged Influence of Spinoza on Marx.” In: Historical Materialism, Volume 26: Issue 4 [Online Publication Date:  17 Dec 2018 – cf.]
Abstract: “In this article, I investigate a hypothesis concerning the supposed influence of Spinoza on Marx’s works. Setting out from a comment made by Althusser – ‘[Spinoza] is the only direct ancestor of Marx’ – I try to demonstrate that even though the relationship between Spinoza and Marx has limited support at a historiographical level, a determined set of ideas of Spinoza can be connected to some of Marx’s political objectives in the period prior to 1845. This argument is supported through Marx’s notebooks devoted to studying Spinoza’s Theological-Political Treatise, written in 1841, and his refutation of Spinoza in The Holy Family. However, contrary to what could be expected, when Marx abandoned his most pronounced idealistic phase, within which Spinoza played a certain role, he rebelled against Spinozism at the same time. Nonetheless, it is one thing to repudiate Spinoza’s name, and a very different thing to repudiate Spinoza’s ideas.”
______________________

Cf. ook “Marx y el aenigma Spinoza” door Nicolás González Varela op marxismocritico
Nicolás González Varela, Marx' Spinoza-Hefte in: Das Argument (23.07.2014)











Wie #Spinoza "The Good Atheist" noemt, heeft weinig van hem begrepen


[mijn argumenten zijn te vinden in het blog van  31-07-2012: "Spinoza the atheist"? Niet doen…]
 
De titel kan ook historisch constaterend en kritisch bedoeld zijn, zoals in:

Michael Czelinski-Uesbeck, Der tugendhafte Atheist. Studien zur Vorgeschichte der Spinoza-Renaissance in Deutschland. Würzburg: Königshausen und Neumann [Schriften der Spinoza-Gesellschaft, Bd. 13], 4 juni 2007 - 244 S.

Kaum ein Philosoph ist von Beginn seiner Rezeption an so umstritten wie Baruch de Spinoza (1632-1677). Für die 100 Jahre nach seinem Tod ist die Auseinandersetzung mit seinen als häretisch und atheistisch geltenden Werken durch eine ablehnende Haltung gekennzeichnet. Und es gibt kaum einen Philosophen, dessen Biographie in der Rezeption eine derart gewichtige Rolle spielt. Mit der Spinoza-Renaissance in Deutschland ab 1780 wird es die Lebensgeschichte Spinozas sein, die die Rezeption des Werkes ständig begleitet. Die These der Arbeit ist, dass sich im 18. Jahrhundert an der Diskussion um die Person Spinoza die Einsicht durchsetzt, dass Atheisten tugendhafte Menschen sein können. Es wird dargestellt, wie der französische Aufklärer Pierre Bayle zu dem Urteil gelangen kann, Spinoza könne sogar als «Muster eines tugendhaften Atheisten» betrachtet werden, als der exemplarische Fall eines moralischen Menschen ohne religiöses Bekenntnis. Zudem macht die Arbeit deutlich, dass in Deutschland parallell zur Auseinandersetzung mit dem Leben Spinozas die Frage gestellt wird, ob es überhaupt eine nicht-religiös begründete Ethik geben könne, ob Atheismus und Moralität zusammengedacht werden können. Die Beantwortung dieser Fragen muss für die Zeit der deutschen Aufklärung durch die Folie der Auseinandersetzung mit der Lehre Spinozas gelesen werden. [cf. Amazon]

Hoe Spinoza's opstelling vooral een probleem voor theologen vormde, blijkt duidelijk uit deze bespreking van dit boek.

[N.B. op de titel van Van Bunge's recente boek, From Bayle to the Batavian Revolution. Essays on Philosophy in the Eighteenth-Century Dutch Republic (waarover ik het vorige blog maakte] stuitte ik toen ik dit blog aan het maken was. Ook hierin gaat het over Bayle's typering van Spinoza als 'the virtuous atheist.'

woensdag 26 december 2018

Onlangs verscheen van Wiep van Bunge, “From Bayle to the Batavian Revolution” met uiteraard veel aandacht voor #Spinoza



Wiep van Bunge, From Bayle to the Batavian Revolution. Essays on Philosophy in the Eighteenth-Century Dutch Republic. Leiden ; Boston:  Brill [Brill's Studies in Intellectual History, Volume: 291], 22 October 2018  - 388 pages - books.google
 
Thirteen chapters on individual authors such as Spinoza, Bayle, Van Effen and Hemsterhuis, and on schools of thought such as Dutch Cartesianism, Newtonianism and Wolffianism. It also addresses the early Dutch reception of Kant. [ Cf.]
Het XIIIe en laatste hoofdstuk draagt de titel: "Spinoza’s Life: 1677–1802," Pages: 273–290 [Het verscheen eerder als
Wiep van Bunge, "Spinoza’s Life: 1677–1802." In: Journal of the History of Ideas, 78 (2017) 211-231]

Abstract: This book is an attempt to assess the part played by philosophy in the eighteenth-century Dutch Enlightenment. Following Bayle’s death and the demise of the radical Enlightenment, Dutch philosophers soon embraced Newtonianism and by the second half of the century Wolffianism also started to spread among Dutch academics. Once the Republic started to crumble, Dutch enlightened discourse took a political turn, but with the exception of Frans Hemsterhuis, who chose to ignore the political crisis, it failed to produce original philosophers. By the end of the century, the majority of Dutch philosophers typically refused to embrace Kant’s transcendental project as well as his cosmopolitanism. Instead, early nineteenth-century Dutch professors of philosophy preferred to cultivate their joint admiration for the Ancients.

dinsdag 25 december 2018

#Spinoza's kerstboodschap

[Met dank aan Martin Lamboo die op 24 september 2017 deze fraaie foto via deze tweet verspreidde.]

maandag 24 december 2018

Olivér István Tóth over bewustzijn bij #Spinoza in het licht van geheugen en herinnering





In dit blog wijs ik aan het eind op een zeer ingenieus artikel van Olivér István Tóth over het in de titel genoemde thema.
In het blog van 10 oktober 2018 wees ik al op de MA-2013-thesis van Olivér István Tóth over de eerste kensoort bij Spinoza:

Olivér István Tóth, IMAGINATION AND THE SOURCE OF ERROR IN SPINOZA'S ETHICS. MA-thesis filosofie aan de Central European University. Budapest, 2013 [PDF]
Daarin gaf hij in een Appendix al alle plaatsen waarin Spinoza scheef over imagination, memory and recollection in the Ethics. Met dit onderwerp (en dus met Spinoza) is hij sindsdien bezig gebleven. Zie zijn curriculum vitae en pagina op academia.edu.
Na die MA-thesis sprak hij op The Second Finnish-Hungarian Seminar in Early Modern Philosophy  [11–12 October 2014 -  University of Jyväskylä]
Olivér István Tóth over “Spinoza’s Theory of Consciousness – an Epistemic Interpretation” [Cf. en cf. en cf. ’t abstract ook academia.edu]. In 2015 verscheen onder dezelfde titel deze tekst op Theaitetos [Cf.] Daaruit;
In my presentation I introduce an interpretation of consciousness by arguing that consciousness in Spinoza ultimately depends on knowledge in two ways. First, I argue that even though Spinoza does not distinguish between phenomenal and access consciousness, we should do so. Access conscious are those mental states which can rationally coordinate the subject’s speech, action and inferences (Kim, 2010, pp. 310–311). These are in Spinoza mostly adequate ideas of the intellect, by which the agent can act and reason. Phenomenal conscious are mental events that have a special ‘what is it like’ character (Kim, 2010, pp. 304–306). By definition, only temporal mental events can have this character (Crane, 2001, pp. 105–108), therefore adequate ideas of the intellect, which constitute the eternal part of the mind, cannot be phenomenally conscious. Thus, my inadequate ideas of imagination constitute the phenomenally conscious experience.
Op de Second Belgrade Graduate Conference in Philosophy and Logic, Belgrade, 24– 26 April, 2015 sprak
Olivér István Tóth over "Spinoza’s theory of consciousness – an argument for the distinction between access and phenomenal consciousness." [Cf. PDF met abstracts, waarin we diezelfde tekst zien]

zondag 23 december 2018

Astrofysicus en filosoof Gerard Bodifee heeft kennelijk iets met #Spinoza


Lees het laatste deel van het interview dat Fokke Obbema met Astrofysicus en filosoof Gerard Bodifee vandaag in de Volkskrant had en hoe die een eigen draai aan Spinoza's leer geeft:

Wat wel vaststaat, is onze dood. Boezemt die angst in?
‘Je zou eerder bang moeten zijn voor het leven, dat is pas een hachelijke toestand. Onwillekeurig zijn we angstig voor de dood door toedoen van onze overlevingsinstincten. Die zijn gericht op zelfbehoud, de dood is een flagrante schending daarvan. Onze biologische reflex is aangeboren, maar filosofisch absurd, want de dood is inherent aan het leven. Met onze geboorte zijn we het leven ingedoken, het onbekende tegemoet. Onze volgende duik in het onbekende is onze dood.’

Wat volgt er dan, denkt u?
‘Er verandert eigenlijk niets. Mijn lichaam en gedachten zijn er niet meer. Maar in een ander perspectief bezien leven we eeuwig voort. Ons bestaan is begrensd doordat we het in tijdelijkheid beleven. Maar dat is een beperkte blik: er is alleen het nu, het verleden is niet meer, de toekomst nog niet. Maar ons vermogen bewust te zijn van de realiteit van verleden en toekomst groeit. Neem alleen het feit dat we ons nu verantwoordelijk voelen voor de bewoonbaarheid van de planeet over honderd jaar. Dat is een wonderlijk vermogen van de mens, handelen met het oog op een tijd die ver voorbij zijn fysieke bestaan ligt. Met zo’n verruimd bewustzijn bereik je op den duur het perspectief op het bestaan waar Spinoza het over had. Hij pleitte ervoor het vanuit de eeuwigheid te bekijken, sub specie aeternitatis. Dan is ons bestaan niet weg te nemen uit het geheel. Nu u hier tijdelijk bent, kan die realiteit nooit meer ongedaan worden gemaakt. In die zin zijn we onsterfelijk, er blijft na onze dood een stukje tijd waarin we er wel voor altijd zijn. Dat blijft voorgoed zo. Dat woordje is hier mooi op zijn plaats. Het is goed dat we er zijn.’

Een Russisch gedicht van Don Elliot over #Spinoza


Op een Russische website vond ik met de aantekening © Дон Эллиот (Don Elliot) dit gedicht, getiteld СПИНОЗА, Spinoza. Ik heb het door Google Translate en Bing Translator van Microsoft laten vertalen en daaruit gekozen wat me het helderst leek. Het blijft een gebrekkige methode, maar geeft toch íets. Zo komt er ook eens een gedicht over Spinoza uit het Russisch in het Corpus Poeticum Spinozanum.

Zo luidde mijn eerste alinea, waarna het gedicht volgde. Daarop ontving ik van Rob van der Hoeden de volgende e-mail:
Knap, dat je zonder kennis van het Russisch tot het resultaat bent gekomen dat je in je blog hebt gezet.
Omdat ik een beetje Russisch ken (ooit geleerd bij de Marine, waar ik tijdens mijn diensttijd op de tolkenschool heb gezeten), heb ik meegekeken met je vertaling.
Ik heb wat aan jouw weergave geschaafd en geloof dat hij daardoor begrijpelijker is geworden, hoewel ik van enkele details niet helemaal zeker ben.
Het gedicht is in jamben, van elk kwatrijn rijmen regel 1 en 3, 2 en 4.
Ik leg deze versie aan je voor, in de hoop dat je ermee kunt instemmen.
Over de auteur is niet veel te vinden, hoewel er een flink aantal sites in het Russisch is als je op Don Elliot zoekt. Maar over de man zelf is er geen informatie. Hij schrijft over filosofische (Nietzsche, Socrates o.a.), maatschappelijke, politieke onderwerpen en heeft veel verzen gemaakt, ook over religieuze thema’s. Het begin van het “Ter introductie” door de (samizdat)uitgever van de site luidt:
“Don Elliot is in 1976 in Leningrad geboren in een gezin van een militair. Na het beëindigen van zijn schooltijd ging hij naar de militaire academie. Maar na enkele jaren besloot hij de koers van zijn professionele belangstelling te wijzigen en studeerde hij af aan de Academie voor bestuurskunde van de Russische Federatie. Dit is alles wat we kunnen zeggen over de auteur…”
Op een van de pagina’s van Elliot’s website is een foto van hem te vinden in militair kostuum. Tenminste, dat neem ik aan; helemaal zeker kunnen we hier niet van zijn, je weet maar nooit of dit een “fantasiefoto” is. Onder de foto staat: op internet sinds december 2007. De tekst biedt een overzicht van wat hij tot eind 2012 op internet heeft gepubliceerd. Dat gebeurde via samizdat (zelfuitgeverij, door schrijvers die anoniem blijven), op internet en de sociale media.
[Onder méér info over Elliot]
Mijn eigen aanvankelijke ‘vertaling’ heb ik naar onder verplaatst; ik vind het n.l. wel aardig om dat eerste resultaat te bewaren, waarmee te zien is wat je met de genoemde vertaalmodulen als resultaat krijgt. Naast de Russische tekst volgt hieronder dus eerst  de vertaling van Rob - waarvoor ik hem bij deze dank zeg.

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 


Spinoza

Het is een tamelijk welgesteld gezin, -
van alles is er genoeg: geld, zegeningen en goud.
Hij was niet het eerste kind. Ik
herinner me hun grote huis, waar ik eens was.
 

Van jongs af aan was hij een einzelgänger,
en zelden bezocht hij de synagoge,
maar de Here God heeft hem naar zich toe getrokken, -
Hij was overal, hij zag de Natuur in Hem.
 

Hij zou bankier of rechter kunnen worden…
In Holland kon hij een heer van stand worden,
voor wie men achting heeft, maar de geest
van de slangen om hem heen heeft dit verlangen verstikt.

Hij begon al vroeg de onoprechtheid in hun woorden te bespeuren, -
in hun gebeden voelde hij de koude,
de onnatuurlijkheid, - verdrietig blikte hij uit het raam, -
naar de oever, de schepen, - hij was nog jong.

Hij leerde door studie geleidelijk de hele wereld kennen,
de moraal van de mensen, las gretig boeken  
over alle nieuwe visies en wetenschappen, poëzie,
de lotgevallen van de mensen en hun ketenen.

En kijk, toen hij kennis had vergaard
in zijn verstand, in zijn verbeelding, -
begreep hij zijn geest, zijn persoonlijk ideaal,
en nam hij een kloek besluit.

Hij besloot, ongeacht wat de mensen ervan zouden vinden,
de simpele essentie van de waarheid te volgen, 
de essentie van de filosofie vrij van passies,
die geen vergeefse woorden verspilt. 

En hij begon te schrijven, en te publiceren
zijn werken, - en de wereld accepteerde hem niet.
Hij was een eerzaam mens, maar werd afvallig om te weten.
De mensen in zijn omgeving werden ijzig-droog.

Baruch, je schrijft je werken lang geleden,
je wendde je af van de God der Joden,
de Joodse rechters spraken de banvloek over je uit, -
dit alles naar de hel is geen lange weg.

Zo spraken velen rondom hem,
en spuwden schaamteloos met minachting.
En alleen God bleef zijn vriend…
Hij stierf vroeg. In armoede. Zoals allen wensten.
 
 

Voor wie een kaart zoekt om groeten over te brengen met #Spinoza

[Misschien iets voor de VHS om op de markt te brengen?
Foto via YouTube]]

zaterdag 22 december 2018

Michael LeBuffe, eerste reviewer van The Oxford Handbook of #Spinoza


Al vaak heb ik uitgekeken naar het review van Michael Della Rocca (Ed.), The Oxford Handbook of Spinoza. Oxford: Oxford University Press, 2017 dat ik bij de NDPR verwacht, maar daar is tot heden geen review verschenen. Onlangs verscheen als eerste review dat van
Michael LeBuffe, The Oxford Handbook of Spinoza ed. by Michael Della Rocca (review). In: Journal of the History of Philosophy, Volume 56, Number 4, October 2018 [Muse.jhu]
Dat ontdekte ik door deze tweet van Wim Klever waardoor ik op onderzoek uitging:

Wim Klever attendeerde daarin op het eerste review van The Oxford Handbook of Spinoza en hij zat er weer eens volledig naast: het gaat niet om de British Journal of Philosophy, maar om de Journal of the History of Philosophy en de eerste recensent, Michael LeBuffe, geeft geen “zware kritiek”, maar integendeel een waarderende en lovende bespreking. Dat laatste kan ik niet beter bewijzen dan door die recensie hier over te nemen.

vrijdag 21 december 2018

#Spinoza, eindejaarswensen en prachtige Christmas Carols


Ik sluit mij daar gaarne bij aan - geniet intussen met mij van deze prachtige Christmas Carols.



Afgelopen zondag 16 december 2018 werd in Het Koninklijk Concertgebouw te Amsterdam dit concert gegeven met – vooral Britse - kerstliederen door The Choir of St. John’s College uit Cambridge o.l.v. Andrew Nethsinga. Het werd door AVROTROS Klassiek live uitgezonden tijdens Het Zondagochtend Concert en de dag erna al op YouTube gebracht.
Verdere uitvoerenden:
Glen Dempsey [orgel]
Gareth John [bariton]
Laura van der Heijden [cello]
Het programma bestond uit:
Bob Chilcot - The Shepherds Carol 0:05
William Mathias - Sir Christèmas 3:56
John Taverner - The Lamb 5:28
Ralph Vaughan Williams - Fantasia on Christmas Carols 9:27
Giles Swayne - Adam Lay Ybounden 22:58
James Burton - Tomorrow Shall Be My Dancing Day 28:46 [ een speciaal voor dit koor geschreven hymne]
Johann Sebastian Bach - Chorale Prelude ‘In dulci jubilo’, BWV 729 33:35
Francis Poulenc - Quatre motets pour le temps de Noël 36:20
Franz Gruber - Silent Night 47:27
Traditional - Ding Dong, Merrily on High! 51:02
Traditional - O Come, All Ye Faithful 53:54 [samenzang!]
John Joubert - There Is No Rose 59:10  [toegift]
James Pierpont - Jingle Bells 1:03:00 [nog als grappig toetje]


 

Volgend jaar verschijnt #Spinoza and Relational Autonomy


In 2014 werd aan de Rijksuniversiteit Groningen een Workshop gehouden over: Spinoza and Relational Autonomy.; cf. ook het blog van 22-05-2014: "Spinoza en betrekkelijke autonomie." (Wat overigens een misverstand was - het had iets moeten zijn als "relationele autonomie".)  

Het vanuit die workshop gemaakte boek zal medio volgend jaar verschijnen:

Aurelia Armstrong, Keith Green, & Andrea Sangiacomo (eds.), Spinoza and Relational Autonomy. Being With Others. Edinburgh University Press, June 2019 - 304 pages [zie aldaar voor de beschrijving en de hoofdstukken].

Op de cover was geen plaats voor Andrea Sangiacomo. In de workshop trad ook Beth Lord op: zij sprak over “Spinoza’s ratios and relational autonomy;” maar in het boek is dat hoofdstuk niet te vinden.

_______________
Cf. ook
Andrea Sangiacomo, “Spinoza and Relational Autonomy: an Outline,” in M. Eckert & G. Cunico (Hrsg.), Orientierungskrise. Herausforderung des Individuums in der heutigen Gesellschaft. Regensburg: Roderer, 2015, pp. 19-27. [cf. academia.edu]

Het blog van 17-07-2016: "Spinoza over individuen en individuatie."
 

Steven Nadler'eigen antwoord op de vraag Who Tried to Kill #Spinoza?

woensdag 19 december 2018

“Digitale Etalage Amsterdam” over #Spinoza



Sinds kort biedt de website “Digitale etalages” van het samenwerkingsverband van bibliotheken, een themawebsite over:
Spinoza, filosoof uit Amsterdam
De filosoof Spinoza woonde voor een belangrijk deel van zijn leven in Amsterdam. Hij werd er in 1632 geboren. Over zijn verblijfplaats in de jaren tussen 1656 en 1661 is niet veel bekend. Toch moet hij voor een groot deel van die periode regelmatig in Amsterdam of in de directe omgeving van de stad hebben vertoefd. In 1661 vertrok hij naar Rijnsburg, woonde later in Voorburg en in 1677 stierf hij in Den Haag. In die periode (1661-1677) schreef hij zijn belangrijkste filosofische werken. Ter gelegenheid van de opening van een informatiepunt van de Amsterdamse Spinoza Kring begin 2019 op de derde etage van de OBA Oosterdok, vlakbij de Amsterdamcollectie, besteedt de Digitale Etalage Amsterdam aandacht aan deze filosoof. Dit themadossier handelt vooral over de eerste levensjaren van Spinoza in Amsterdam.

dinsdag 18 december 2018

Het gaat niet goed met vele Spinozana - #Spinoza


 Ooit had je meerdere tijdschriften, gewijd aan Spinoza en Spinozisme.  Uiteraard ga ik het niet hebben over het Chronicon Spinozanum, waarvan in de 30-iger jaren 5 delen verschenen. Die tijd is voorbij. Maar ook die van Studia Spinozana - An International & Interdisciplinary Series. #16 ging over “Spinoza and Late Scholasticism.” Het verscheen in 2008, 9 jaar na #15, en was tevens het laatste nummer. [Cf. blog van 18-10-2015]
 
Japan had Spinozana, het Spinoza Kyôkai Review. Het 14e nummer uit 2013, was intussen, zo blijkt, ook het laatste nummer. [Cf. - zie onder]



Het Franse Cahiers Spinoza Numéro 1 verscheen in 1977. Van Manfred Walther verscheen een review over Cahiers Spinoza, Nr. 1-4 [in: Philosophische Rundschau 32:289 (1985). Na Numéro 5, hiver 1984-85, kom je nog slechts één nummer tegen tegen. “In april 1991 [ook alweer 6 jaar later dus] verscheen deel VI van de Cahiers Spinoza met bijdragen gewijd aan de invloeden die Spinoza heeft ondergaan en uitgeoefend. Aan de orde komen onder anderen Franciscus van der Enden (1602-1674) (O. Proietti), Ehrenfried Walther Tschirnhaus (1651-1708) (A. Matheron, J.-P. Wurtz, R. Vermij), Petrus van Gent (geb. 1640) (W. Klever), Lambert van Velthuysen (1622-1685) (H.W. Blom), Pontiaan van Hattem (1645-1706) (A. Roothaan), Johannes Bredenburg (W. van Bunge), Adriaan Koerbagh (1632/3-1669) (G.H. Jongeneelen) en Thomas Hobbes (1588-1679) (O. Ueno).” [Zo is te lezen in De zeventiende eeuw. Jaargang 8 (1992), cf. DBNL] Daarna lees je er niets meer over.