Er verscheen
[verschijnt] weer een boek over de Ethica. De uitgever claimt dat dit het eerste boek is dat
het centrale belang van de imaginatio in de Ethica
aan de orde stelt: de verbeelding zou niet zozeer voorbijgestreefd moeten
worden, maar juist worden gecultiveerd. Of die claim terecht is, is voor mij de
vraag als je ziet hoe juist de laatste jaren veel boeken en artikelen
verschenen waarin vooral aandacht wordt gegeven aan de ethische kant van de Ethica en de delen 3 t/m 5 centraal
staat [ik denk aan Matthew Kisner, Eugene Marshall, Michael LeBuffe en anderen]. Daarin
wordt – bij de een nadrukkelijker dan bij de ander – erop gewezen dat het model van de ideale mens, de ‘naturae
humanae exemplar' en het
ideaalmodel van ‘de vrije mens’, juist een uitdrukkingsvorm van de verbeelding zijn - waarmee we ons helpen in onze streving naar ware kennis en het loskomen van de macht van de passies en zo gelukkiger te worden.
Enfin, dit om te wijzen op de verschijning van dit nieuw boek [ik had de komst van het boek al aangekondigd in het blog van 16 mei 2018]:
Eugene Garver,
Spinoza and the Cunning of Imagination. University of Chicago Press, okt. 2018- 320 pagina's [verschijnt
12 oktober volgens deze
site of 30 oktober volgens amazon] – books.google
[Uitgeverstekst:] "Spinoza’s Ethics,
and its project of proving ethical truths through the geometric method,
have attracted and challenged readers for more than three hundred years. In Spinoza
and the Cunning of Imagination, Eugene Garver uses the imagination as a
guiding thread to this work. Other readers have looked at the
imagination to account for Spinoza’s understanding of politics and religion,
but this is the first inquiry to see it as central to the Ethics as a
whole—imagination as a quality to be cultivated, and not simply overcome.
Spinoza initially presents imagination as an inadequate and confused way of thinking, always inferior to ideas that adequately represent things as they are. It would seem to follow that one ought to purge the mind of imaginative ideas and replace them with rational ideas as soon as possible, but as Garver shows, the Ethics don’t allow for this ultimate ethical act until one has cultivated a powerful imagination. This is, for Garver, “the cunning of imagination.” The simple plot of progress becomes, because of the imagination, a complex journey full of reversals and discoveries. For Garver, the “cunning” of the imagination resides in our ability to use imagination to rise above it."
Spinoza initially presents imagination as an inadequate and confused way of thinking, always inferior to ideas that adequately represent things as they are. It would seem to follow that one ought to purge the mind of imaginative ideas and replace them with rational ideas as soon as possible, but as Garver shows, the Ethics don’t allow for this ultimate ethical act until one has cultivated a powerful imagination. This is, for Garver, “the cunning of imagination.” The simple plot of progress becomes, because of the imagination, a complex journey full of reversals and discoveries. For Garver, the “cunning” of the imagination resides in our ability to use imagination to rise above it."
Contents
Acknowledgments
Introduction
Introduction
First Part
Chapter One - Adequate Ideas Are Infinite Modes
Chapter Two - Our Knowledge of God and Its Place in Ethics
Chapter Three - Spinoza’s Will to Power: How Does the Conatus Become a Desire to Increase Power?
Chapter Four - False Pleasures and Romantic Love
Chapter One - Adequate Ideas Are Infinite Modes
Chapter Two - Our Knowledge of God and Its Place in Ethics
Chapter Three - Spinoza’s Will to Power: How Does the Conatus Become a Desire to Increase Power?
Chapter Four - False Pleasures and Romantic Love
Second Part
Chapter Five - Conflicts among Emotions, among Ideas, and among People
Chapter Six - Hilarity and the Goods of Mind and Body
Chapter Seven - The Strength of the Emotions and the Power of the Intellect
Chapter Eight - Ethics and the Ethics: How Does Reason Become Practical?
Chapter Five - Conflicts among Emotions, among Ideas, and among People
Chapter Six - Hilarity and the Goods of Mind and Body
Chapter Seven - The Strength of the Emotions and the Power of the Intellect
Chapter Eight - Ethics and the Ethics: How Does Reason Become Practical?
Notes
Index
Index
De cover
maakt van Spinoza een beetje een heilige…
Hier
artikelen over Spinoza van Eugene Garver, waaruit blijkt dat hij altijd wel met
het thema van zijn boek is bezig geweest en dat het dus een lange
voorgeschiedenis heeft.
De Duitse
Spinoza Bibliografie noemt nog van hem:
• Eugene Garver, « Why Can't We All Just Get Along: The
Reasonable vs. the Rational According to Spinoza. » In: Political Theory 38, 6 (2010), 838-858
Spinoza presents a picture of the good human life in which
being rational and being reasonable or sociable are mutually supporting: the
philosopher makes the best citizen, and citizenship is the best route to
philosophy and adequate ideas. Crucial to this mutual implication are the roles
of religion and politics in promoting obedience. It is through obedience that
people can become "of one mind and one body" in the absence of
adequate ideas, through the presence of shared empowering imaginations and
emotions [cf. Hij geeft op zijn academia.edu
wel ‘n stukje van ‘t ‘abstract’, maar heeft niets geüpload]
• Eugene Garver, « Spinoza’s Democratic Imagination. » In: The European Legacy: Toward New Paradigms 19,
7 (2014), 833-853
Spinoza is the great philosopher of the imagination and the
first great philosopher of democracy. Rather than seeing democracy as a form of
government that has overcome the need for imagination and symbols, he shows in
the Tractatus Theologico-Politicus that an enlightened state depends on three
myths: the myth of the sovereignty of the people so as to reconcile democracy
as rule by the people with each individual living as he or she wants to live;
the myth that we are a people, emotionally and morally tied to some people more
than to others; and, finally, the myth that the people comprises individuals
who are responsible for their own destinies. The democratic imagination differs
from earlier forms of politics in that the people construct the social
imaginary for themselves and are guided by it without deception. It is the
social imaginary thus created, or these three myths, that make room for freedom
of thought and therefore for democracy. [cf.]
De Duitse
Spinoza Bibliografie heeft niet de volgende artikelen:
• Eugene Garver, « Spinoza and the Discovery of
Morality. » In: History of Philosophy, Volume 23, #4, October 2006. [PDF hier te
vinden]
• Eugene Garver, « Spinoza's “Ethics". Don't
Imitate God; There's a Model of Human Nature for You. » In: Philosophy and
Theology, 24 (2): 155-190. 2012.
The Preface to Part 4 of Spinoza’s Ethics claims that we all
desire to formulate a model of human nature. I show how that model serves the
same function in ethics as the creed or articles of faith do in the Tractatus
Theologico-Politicus, the function of allowing the imagination to provide a
simularcrrum of rationality for finite, practical human beings. [cf.]
Ik lees in zijn "Spinoza’s Democratic Imagination" (The European Legacy, 2014, Vol. 19, No. 7, 833–853, http://dx.doi.org/10.1080/10848770.2014.965518)
BeantwoordenVerwijderen"We learn in the Ethics and in the theological part of the Tractatus Theologico-Politicus
that as people become more rational, they do not abandon the imagination. The Ethics shows that personal ethical development depends on imagining a model of human nature that can lead to a life of reason and virtue. Religious piety requires the seven articles of faith known to the imagination rather than the knowledge of God provided by the Ethics."
Dit lijkt me een geval van het benadrukken van de praktische kant van het menselijk bestaan, en niet van het intellectueel perspectief dat Spinoza biedt. En tevens van het bekijken van Spinoza's filosofie vanuit het perspectief van de "many, not the few".
Ik vind dat wel verhelderend, want het geeft een blik op wat voor velen "maximaal" haalbaar is met betrekking tot de intellectuele liefde voor god/natuur.
Aan de andere kant: het besef dat er iets als de intellectuele liefde voor god/natuur kan bestaan, maakt elke praktische uitwerking tot een betwijfelbare en tijdelijke exercitie.
Groet,
Howard
Ik kan niet meedoen in de discussie over het blog, omdat ik me niet in het probleem heb verdiept en er niet voldoende in thuis ben. Maar ik wil graag een opmerking maken over de titel van het eerste hoofdstuk. Daar staat dat adequate ideeën oneindige modi zijn. Ik betwijfel dat. 'Oneindig' wil bij Spinoza zeggen 'begrensd'. Een adequate idee kan begrensd worden door een andere adequate idee (1/def2) en is dus niet oneindig. Misschien wil hij zeggen dat adequate ideeën eeuwig zijn. Daar is mogelijk meer voor te zeggen, maar ook daar zijn problemen (is een adequate idee die ik op een bepaald moment vorm eeuwig?). Het lijkt er wel op dat adequate ideeën alleen gevormd kunnen worden door de geest voor zover voor die eeuwig is in Spinoza's optiek.
BeantwoordenVerwijderenGoed dat je dit commentaar geeft, Henk. Mij was die titel van het eerste hoofdstuk ook al opgevallen en ik heb gekeken of books.google iets van dat hoofdstuk liet zien, maar dat is niet het geval. Je bedoelde uiteraard te schrijven "'Oneindig' wil bij Spinoza zeggen 'onbegrensd'" en zo behandelde je het ook verder in zinnige opmerkingen.
Verwijderen