maandag 26 augustus 2019

#Spinoza zou zich in de titel Harmonia artificiosa hebben kunnen vinden.


Het is weer eens de hoogste tijd voor muziek op dit blog.
Afgelopen vrijdag is het Festival Oude Muziek in Utrecht begonnen, dat doorgaat tot a.s. zondag 1 september. In de beginaren van dat festival heb ik vaak vele concerten bijgewoond; in die eerste jaren waren ook veel meer concertjes gratis toegankelijk. Nu zijn de zgn. Fringe-concerten van jonge aankomende musici gratis toegankelijk; zo ook op zondag 1 september [Cf.].


Dan zal ook de Partia V in g van de Harmonia artificiosa-ariosa van Heinrich Franz Ignaz Biber (1696) worden gespeeld. Hier laat ik daarvan het laatste, vijfde deeltje, de Passacaglia, horen - gespeeld door Musica Antiqua Köln o.l.v. Reinhard Goebel (van hun ARCHIV-CD die 3 nov. 2003 uitkwam).

 
Ter verklaring van de kop  - Spinoza zou zich in de titel Harmonia artificiosa hebben kunnen vinden – wijs ik op wat hij in de Appendix van het eerste deel van de Ethica schreef: 
Et quae denique aures movent, strepitum, sonum vel harmoniam edere dicuntur, quorum postremum homines adeo dementavit, ut Deum etiam harmonia delectari crederent. Nec desunt philosophi, qui sibi persuaserint motus coelestes harmoniam componere.
En van iets tenslotte wat de oren beweegt, zeggen zij dat het ‘lawaai’ maakt, ‘een geluid’ geeft of ‘een harmonie’ doet horen. Die harmonie heeft de mensen zo van hun verstand beroofd, dat zij denken dat God er ook behagen in schept. Er zijn zelf filosofen die zichzelf ervan hebben overtuigd dat de bewegingen van de hemellichamen een harmonie voortbrengen. [Vert. Henri Krop]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten