Lees
het laatste deel van het interview dat Fokke Obbema met Astrofysicus en
filosoof Gerard Bodifee vandaag in de Volkskrant had en hoe die een eigen draai aan Spinoza's leer geeft:
Wat
wel vaststaat, is onze dood. Boezemt die angst in?
‘Je
zou eerder bang moeten zijn voor het leven, dat is pas een hachelijke toestand.
Onwillekeurig zijn we angstig voor de dood door toedoen van onze
overlevingsinstincten. Die zijn gericht op zelfbehoud, de dood is een flagrante
schending daarvan. Onze biologische reflex is aangeboren, maar filosofisch
absurd, want de dood is inherent aan het leven. Met onze geboorte zijn we het
leven ingedoken, het onbekende tegemoet. Onze volgende duik in het onbekende is
onze dood.’
Wat
volgt er dan, denkt u?
‘Er
verandert eigenlijk niets. Mijn lichaam en gedachten zijn er niet meer. Maar in
een ander perspectief bezien leven we eeuwig voort. Ons bestaan is begrensd
doordat we het in tijdelijkheid beleven. Maar dat is een beperkte blik: er is
alleen het nu, het verleden is niet meer, de toekomst nog niet. Maar ons
vermogen bewust te zijn van de realiteit van verleden en toekomst groeit. Neem
alleen het feit dat we ons nu verantwoordelijk voelen voor de bewoonbaarheid
van de planeet over honderd jaar. Dat is een wonderlijk vermogen van de mens,
handelen met het oog op een tijd die ver voorbij zijn fysieke bestaan ligt. Met
zo’n verruimd bewustzijn bereik je op den duur het perspectief op het bestaan
waar Spinoza het over had. Hij pleitte ervoor het vanuit de eeuwigheid te bekijken,
sub specie aeternitatis. Dan is ons bestaan niet weg te nemen uit het geheel.
Nu u hier tijdelijk bent, kan die realiteit nooit meer ongedaan worden gemaakt.
In die zin zijn we onsterfelijk, er blijft na onze dood een stukje tijd waarin
we er wel voor altijd zijn. Dat blijft voorgoed zo. Dat woordje is hier mooi op
zijn plaats. Het is goed dat we er zijn.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten