Benedict
Rumbold blijkt een enigszins verborgen, schimmige Spinoza scholar – bij de
Duitse Spinoza Bibliografie nog niet bekend. Ik geef hierna in volgorde van
ontdekking de brokstukjes informatie over zijn Spinoza studie. Ik ging daarnaar
op zoek, daar ik de indruk had bij lezing van het artikel dat ik hierna noem,
dat het vanuit grote kennis van Spinoza geschreven moest zijn. En dat bleek het
geval.
“Benedict
Rumbold is a Research Fellow in the Department of Philosophy at University
College London. Benedict’s research concerns ethical and political questions at
various levels of abstraction. He also works on the history of moral
philosophy, specializing in the ethics of Spinoza. He holds a PhD in Philosophy
from Birkbeck College, University of London.”
Zo
wordt hij voorgesteld in zijn artikel
• Benedict Rumbold, “Spinoza’s genealogical critique of
his contemporaries’ axiology,” [In Intellectual
History Review, Volume 27, 2017 - Issue 4, pp. 543-560; cf. Taylor & Francis Online]. De auteur zette het op academia.edu.
In
dat artikel kondigt hij verder aan dat van hem nog zal verschijnen”:
• Rumbold, Benedict. “Spinoza’s Analysis of his
Imagined Interlocutor’s Axiology.” Verder kom je nog de titel tegen:
• Benedict
E. Rumbold, "Essays on Spinoza's Ethical Theory," in: British Journal for the History of Philosophy
23 (5):1000-1003 (2015) [cf. PhilPapers] Dat zal een review geweest zijn van het boek
van Matthew J. Kisner & Andrew Youpa (eds.), Essays on Spinoza's Ethical Theory [Oxford University Press, 2014].
En dat klopt, zoals blijkt uit tandfonline, waar de eerste blz. te lezen is. Rumbold vermeldt
het wel op zijn academia.edu-pagina, maar heeft het daarheen niet geüpload. Jammer, ik
had het wel willen lezen.
Maar
als je dan vervolgens zijn pagina bij zijn universiteit bezoekt, staat daarin niets
over zijn specialisering in de Ethica
van Spinoza. Toch blijkt uit zijn artikel een gedegen kennis van Spinoza en
secundaire literatuur over hem. Verder zoekend lees je dat hij Visiting Fellow
aan de Nuffield Trust was. En op de website van die Nuffield Trust lezen we: “Benedict joined the
Trust in November 2008 after completing a
PhD on Spinoza’s metaethics, for which he received a doctoral research
grant from the Art and Humanities Research Council (AHRC).” [Vet van mij]
Als
je dan zoekt op de website van ‘t Birkbeck College, University of London, blijkt
de titel van zijn dissertatie te luiden:
• 'Subjectivity and objectivity in Spinoza's ethical
philosophy' [Awarded 2009]
En
passant verklapt Google, die wel de titelgegevens, maar niet de inhoud van
die dissertatie geeft, dat zijn tweede voornaam – waarvan we de ‘E.’ al gezien
hadden - luidt: Edward.
Zo
vallen diverse puzzelstukjes samen (waarom het zo gespreid moet, weet ik ook
niet)
Ik
neem tenslotte hier het Abstract van zijn geüploade artikel daar ik het wel een
aparte aanpak vind: hij geeft namelijk een analyse van Spinoza’s argumentatie
in de Appendix van het eerste deel en het voorwoord van het vierde deel van de Ethica – een heel andere analyse dan je
meestal aantreft.
Abstract: Among
Spinoza’s principal projects in the Ethics is his effort to “remove” certain
metaethical prejudices from the minds of his readers, to “expose” them, as he
has similar misconceptions about other matters, by submitting them to the
“scrutiny of reason”. In this article, I consider the argumentative strategy Spinoza
uses here – and its intellectual history – in depth. I argue that Spinoza’s
method is best characterised as a genealogical analysis. As I recount, by
Spinoza’s time of writing, these kinds of arguments already had a long and
illustrious history. However, I also argue that, in his adoption of such
strategies, we have good reason to think Spinoza’s primary influence was
Gersonides. Elucidating this aspect of Spinoza’s critique of his
contemporaries’ axiologies brings a number of explicatory and historical boons.
However, regrettably, it also comes at a cost, revealing a significant flaw in
Spinoza’s reasoning. Towards the end of this article, I consider the nature of
this flaw, whether Spinoza can avoid it and its ramifications for Spinoza’s
wider philosophical project.
Het
is een aanpak die je niet veel tegenkomt – en dat geeft eens een andere kijk op
Spinoza. Interessant is het gedeelte uit Gersonides dat hij weergeeft en
waarvan Spinoza op de hoogte zal zijn geweest en waardoor hij zich in zijn
argumentatie in de Appendix van het eerste deel en het voorwoord van het vierde
deel van de Ethica mogelijk heeft laten leiden. Mogelijk, te bewijzen is het niet.
Al
met al vind ik het een leerzaam artikel.
***
Vermeldenswaard
lijkt me tenslotte nog dat hij vermeld wordt in Susan James’s 'Acknowledgements’ in haar Spinoza on Philosophy, Religion, and
Politics. The Theologico-Political Treatise (OUP, 2012):
I would not have been able to write this book without
the support of Birkbeck College London, and am deeply grateful both to the
College, and to my colleagues and students in the Department of Philosophy.
It’s a particular pleasure to acknowledge my intellectual debts to Alan Coffee,
Alexander Douglas, Gabriella Lamonica, Benedict Rumbold, and Stephanie Marston,
whose outstanding work on Spinoza and related topics has no doubt influenced me
more than I know.
***
Spinozastudie staat los van de rest...
Wat ik nog wel kwijt wil is dat het er zeer op lijkt dat zijn Spinoza-studie zich in een volkomen apart compartiment afspeelt en niets van doen heeft met zijn activiteiten op het punt van gezondheidszorgethiek [“His current interests include rationing and priority setting in health care, informational governance and integrated care. He is particularly interested in the conceptual underpinnings of health policy, and how health care systems seek to incorporate modern theories about justice and fairness.” [cf PDF . van toen hij nog Fellow, Nuffield Trust was]. Rumbold is zeer actief op dit terrein, zoals uit deze pagina blijkt.
Wat ik nog wel kwijt wil is dat het er zeer op lijkt dat zijn Spinoza-studie zich in een volkomen apart compartiment afspeelt en niets van doen heeft met zijn activiteiten op het punt van gezondheidszorgethiek [“His current interests include rationing and priority setting in health care, informational governance and integrated care. He is particularly interested in the conceptual underpinnings of health policy, and how health care systems seek to incorporate modern theories about justice and fairness.” [cf PDF . van toen hij nog Fellow, Nuffield Trust was]. Rumbold is zeer actief op dit terrein, zoals uit deze pagina blijkt.
Een
aantal artikelen die hij schreef - soms alleen maar vaak samen met anderen - die
openbaar toegankelijk zijn heb ik bekeken, zoals
Benedict Rumbold & James Wilson, "Privacy
Rights and Public Information," in: The
Journal of Political Philosophy: Volume 00, Number 00, 2018, pp. 00–00 [23 mrt 2018] [cf. en cf. en PDF en hier een beschouwing over dit artikel].
Benedict Rumbold & James Wilson, “Reasonable
Disagreement and the Generally Unacceptable: A Philosophical Analysis of Making Fair Choices”, in: Health Economics, Policy and Law, Volume
11, January 2016 , pp. 91-96 [cf. en PDF]
En
daarin komt geen enkele verwijzing naar Spinoza voor.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten