Het
wordt weer eens tijd voor muziek op dit blog en daarvoor is deze Valentijnsdag
een goede gelegenheid. Ik ging op zoek naar een van de vele composities op de
liefdeszang die het Hooglied is. Ik had graag Chapter Eight, Canticum canticorum
van Alexander Knaifel willen ‘uitzenden’, maar dat duurt ca. een uur. In plaats
daarvan koos ik van de schitterende Vlaamse groep Capilla Flamenca, een nummer
uit een concert dat zij gaven op 11 januari 2004 in de Miniemenkerk in
Brussel, en dat uitgezonden werd door Klara Podium op 28 januari 2004; ik
nam het op en brandde er een eigen CD van. In sept 2004 is er door Eufodia, 't label van het Davidsfonds, een CD van uitgegeven, waarvan de opname in 2003 was gemaakt:
Canticum Canticorum, In Praise of Love: The Song of Songs in the Renaissance [cf.]. Ik koos uit die Klara-uitzending van
Loyset Compère (1445-1518), Plaine
d'ennuy de longue main attainte/Anima mea liquefacta est
Capilla Flamenca:
Marnix de Cat, countertenor, Tore Denys, tenor (op de cd Jan Caals - tenor),
Lieven Termont, baritone, Dirk Snellings, bass en dir.,
Jan Van Outryve, lute, Liam Fennelly, viool.
[dit vind je niet op Youtube]
Spinoza en het Hooglied?
Spinoza
heef over heel wat Bijbelteksten iets gezegd, vooral uiteraard in de TTP. De
bezorger van de Nederlandse vertaling, F. Akkerman, biedt aan het eind een “Index
van citaten en verwijzingen” en daarin komt het Hooglied niet voor! De filosoof
van de liefde, vooral de intellectuele liefde tot God, laat het boek van de
totale (de geestelijke én lichamelijke, seksuele) liefde links liggen. Terwijl
het boek wel tot de joodse Bijbel behoort, tot de Tenach, n.l. van de Geschriften en daarbinnen van de Chamesh Megillot, de vijf rollen,
bevattende het Hooglied, het boek Ruth, de Klaagliederen, de Prediker en het
boek Esther. Alleen over de laatste drie heeft Spinoza wat te zeggen, maar over het
Hooglied en Ruth bewaarde hij het stilzwijgen.
Het
Hooglied (lied der liederen) is een puur liefdeslied - een tweespraak tussen
geliefden: een jonge vrouw en een jonge man, die om beurten aan het woord komen
- soms afgewisseld door 'meisjes van Jeruzalem.' Vaak is wat zij zeggen erg hartstochtelijk
en soms duidelijk erotisch van aard. Zozeer dat het godsdienstige mensen in
verwarring bracht die zich dan ook zeer inspanden om de tekst allegorisch uit
te leggen. Daar hád Spinoza het zijne over kunnen zeggen, maar dat lag kennelijk toch niet echt in zijn aard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten